achtergrond

Geenstijl

login

word lid

nachtmodus

tip redactie

zoeken

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 37: Sees Kabaal

Onze roman in stukjes gaat verder! Vorige week las u deel 36, vandaag deel 37. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier.

**Maandag 11 juli 2016 **

Met zijn kale kop, brede schouders en gespierde armen doet motivatiegoeroe Cees Kabál (spreek uit Sees Kabaal) me denken aan de beveiliger die een tijdje voor het gemeentehuis heeft gestaan. Die was net zo groot en net zo kaal.

Ik ben meer dan honderd dagen werkloos en daarom ben ik verplicht om de sessie van Kabál bij te wonen, net als een groot aantal andere werklozen. Hoewel de gemeente de grootste zaal van het hotel in het centrum van de stad heeft gehuurd, is er nauwelijks genoeg plek voor iedereen. Klaarblijkelijk zijn er veel jonge werklozen in de gemeente en klaarblijkelijk zijn ze allemaal bang om gekort te worden als ze niet op komen dagen. Ik zit helemaal aan de zijkant, op één van de achterste rijen, naast een onverzorgd ogende man. Misschien moet ik hem wijzen op het “Dress for success” initiatief van de gemeente.

Terwijl Kabál over een geïmproviseerd podium heen en weer wandelt, vertelt hij vol overgave over zijn jeugd. “Je zou het misschien niet zeggen als je me ziet, maar op school was ik altijd de slimste van de klas,” zegt hij. “Niemand hoefde mij iets uit te leggen. Ik sloeg een klas over en startte op mijn zeventiende aan de universiteit. Daar groeide ik uit tot een grote jongen. Letterlijk en figuurlijk. Ik kreeg een uitnodiging van een prestigieuze Amerikaanse universiteit om me een jaar lang op hun kosten verder te ontwikkelen. Het enige wat ik hoefde te doen is een beetje football spelen voor het schoolteam. En weet je welke titel ik daar won?” Kabál kijkt de zaal in, beweegt zijn hoofd langzaam van rechts naar links en spreidt zijn beide gespierde armen. “Nou? Enig idee?” 

Iemand op de rij achter me hoor ik zachtjes “grootste opschepper” fluisteren.

“Ik zal het jullie zeggen: most likely to succeed. Dat betekent zoiets als: persoon die later grootse successen gaat boeken. En wat denk je? Nou?” En dan, met veel zachtere stem, zegt hij: “Niets. Ik bereikte helemaal niets.” 

Zes banen. In vijf jaar tijd. Overal moest hij weg. Na het vertrek bij zijn zesde baan slaagde hij er niet meer in om aan de slag te komen. “Mijn hoofd bevond zich in standje ‘negatief’. Elke keer als ik werd uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek – dat gebeurde steeds minder vaak – hield ik mezelf voor dat het toch helemaal niks zou worden. Dat ik na een kwartiertje buiten zou staan. Het werd een vicieuze cirkel. Elke keer dat ik niet werd uitgenodigd, nam mijn zelfvertrouwen af. En daardoor faalde ik steeds opnieuw. Totdat ik niet meer geloofde in een nieuwe baan.” Hij pauzeert even en zegt dan, hoofdschuddend: “En daarbij werd mijn haar ook nog steeds dunner.”

Terwijl luid gelach in de zaal losbarst, wrijft Kabál met zijn hand over zijn hoofd. Dan zegt hij: “Goed, even zonder dollen, komt dit jullie bekend voor? Zitten jullie soms ook in standje negatief?” 

Op de rijen voor me zie ik enkele mensen knikken. Door de zaal klinkt instemmend geroezemoes.

“Maar,” zegt Kabál terwijl hij met zijn wijsvinger naar de mensen op de eerste rij wijst. “Toen ik echt wilde opgeven, ben ik me gaan afvragen waar ik echt heel goed in was. En dat heb ik opgeschreven. Op een lijstje. En dat lijstje draag ik de hele dag bij me.” De hand van Kabál verdwijnt in de binnenzak van zijn oranje jasje en komt dan weer tevoorschijn met een klein voddig papiertje tussen zijn vingers. “Dit is mijn originele lijstje. Ook nu nog draag ik het altijd bij me.” Hij wappert het stukje papier heen en weer en stopt het dan weer terug in zijn jasje. “Dit lijstje leidde tot een drastische omslag in mijn denkwijze. Mijn uitgangspunt werd dat een potentiële werkgever zich gelukkig mocht prijzen dat ik bereid was om überhaupt te overwegen om bij hem te gaan werken. Vanuit dat perspectief schreef ik voortaan brieven. Wat denk je?” Kabál pauzeert even, maar het blijft stil in de zaal. “Ik zal het jullie vertellen. Drie brieven zorgden voor drie uitnodigingen. Drie! En drie geweldige aanbiedingen!” Kabál laat zijn woorden neerdalen in de zaal en zegt dan: “Jullie kunnen dat ook. Dat weer ik zeker. En daarom gaan we nu samen briefjes maken. Allemaal!”

De zes aanwezige klantmanagers staan op en geven iedere uitkeringstrekker in de zaal een stukje papier en een klein potloodje. Als het zestal weer zit, vervolgt Kabál zijn verhaal: “Goed, aan de voorkant van dit lijstje schrijf je op wat jou zo geweldig maakt. In woorden. Geen lange zinnen, gewoon woorden. En wees eerlijk. Schrijf niet op wat anderen zeggen, maar schrijf op wat je zelf vindt. Aan de slag!” 

“Ik schrijven kan niet,” hoor ik een vrouw die enkele rijen voor mij zit zeggen. “Ik dat nooit geleerd,” legt ze uit. Een klantmanager snelt naar haar toe. Ze wisselen enkele woorden, waarna besloten wordt dat de klantmanager het schrijfwerk zal doen. Als Kabál vraagt of er nog anderen in de zaal zijn die moeite hebben met schrijven, gaan twee vingers omhoog. Enkele andere aanwezigen vragen of ze in hun eigen taal mogen schrijven, omdat ze de Nederlandse taal nog niet machtig zijn. Dat mag, wordt besloten.

Terwijl we aan de slag gaan, loopt Kabál door de zaal en helpt aanwezigen gevraagd en ongevraagd bij het opstellen van hun lijstjes. Na een minuut of tien keert hij terug naar het podium. Hij grijpt de microfoon van de standaard en vraagt: “Is iedereen klaar?” 

Ik heb het altijd een vreemde vraag gevonden: “is iedereen klaar?” Als individu in de zaal kun je die vraag niet beantwoorden. Ik weet immers niet of iedereen al klaar is. Ik weet alleen of ik zelf klaar ben. In mijn klas stelde ik altijd de vraag “wie is er nog niet klaar”. Dat leverde vingers op. Dat werkte. 

Instemmend geluid klinkt. “Mooi!” roept Kabál. Hij springt van het podium, geeft iedereen op de eerste rij een high five, en rent dan weer terug het podium op, waar hij zijn vuist balt. “Zo doen we dat!” roept hij.

Een half uur en enkele peptalks later vindt Kabál het tijd om de sessie af te ronden. “Sta allemaal op,” roept hij. “Kom op, sta allemaal op. En hou de hand van je buurman vast. Doe het nu!” 

Maar zo gemakkelijk gaat dat niet. Er zijn enkele mensen in de zaal die om verschillende redenen de hand van hun of haar buurman niet vast willen houden. Omdat het een vrouw is. Of omdat de persoon onrein is. Of beide. Na koortsachtig overleg met de klantmanagers geeft Kabál aan dat mensen die liever geen hand willen vasthouden daar van af kunnen zien. Dan zegt hij: “Nu allemaal tegelijkertijd! Allemaal! Handen de lucht in en keihard ‘aan de slag’! Ik tel af: 3… 2… 1…”

“Aan de slag!!” klinkt het door de zaal. 

“Dat kan harder. Drie, twee, één…”

“AAN DE SLAG!!” schalt nu door de zaal.

“Nog harder!!”

“AAN DE SLAG!!!!”

“Super!” Kabál balt zijn vuist, glimlacht en loopt dan zwaaiend het podium af.

Reaguursels

Dit wil je ook lezen

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 53 (EINDE): Een baan

Onze roman in stukjes is ten einde! Vorige week las u deel 52, vandaag hel allerlaatste stuk, deel 53. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier*. *

@Redactie | 03-11-19 | 18:00 | 0 reacties

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 52: Tewerkstelling

Onze roman in stukjes gaat verder! Vorige week las u deel 51, vandaag deel 52. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier.

@Redactie | 27-10-19 | 18:00 | 0 reacties

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 51: De schrijfcursus

Onze roman in stukjes gaat verder! Vorige week las u deel 50, vandaag deel 51. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier.

@Redactie | 20-10-19 | 18:00 | 0 reacties

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 50: Niet elk baantje

Onze roman in stukjes gaat verder! Vorige week las u deel 49, vandaag deel 50. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier.

@Redactie | 13-10-19 | 15:00 | 0 reacties

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 49: De hadj

Onze roman in stukjes gaat verder! Vorige week las u deel 48, vandaag deel 49. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier.

@Redactie | 06-10-19 | 18:30 | 0 reacties

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 48: Owen

Onze roman in stukjes gaat verder! Vorige week las u deel 47, vandaag deel 48. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier.

@Redactie | 29-09-19 | 17:55 | 0 reacties

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 47: Naar Turkije

Onze roman in stukjes gaat verder! Vorige week las u deel 46, vandaag deel 47. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier.

@Redactie | 22-09-19 | 16:00 | 0 reacties

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 46: Knallen

Onze roman in stukjes gaat verder! Vorige week las u deel 45, vandaag deel 46. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier.

@Redactie | 15-09-19 | 19:33 | 0 reacties

Fictie Feuilleton - Dagboek van een uitkeringstrekker, deel 45: Inkomsten

Onze roman in stukjes gaat verder! Vorige week las u deel 44, vandaag deel 45. Het complete verhaal leest u van onder naar boven in ons Fictie Feuilleton dossier.

@Redactie | 08-09-19 | 18:00 | 0 reacties

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.