De paniekindustrie en activistische journalisten
Interview met wetenschapsjournalist Simon Rozendaal
door Arthur van Amerongen
Simon Rozendaal: “Wij leven in een paniekerige tijd terwijl we het nog nooit zo goed hebben gehad. De Duitse socioloog Ulrich Beck voorspelde dit al in de jaren 80 in zijn boek de Risicomaatschappij. De risico's worden steeds kleiner.
Ik was net overgestapt van de NRC naar Elsevier, eind jaren 80. In Nederland waren wij geobsedeerd door dioxine. Dat zat overal in: in koeienmelk, borstvoeding, en het kwam vrij bij vuilverbrandingsinstallaties. Ik ging met een fotograaf voor Elsevier naar de Driehoek des Doods, het grensgebied tussen Oost-Duitsland, Polen en Tsjechië. Door de luchtvervuiling gingen alle bomen daar dood. Ik sprak een Poolse arts die bij een milieubeweging zat en vroeg hem hoe hij tegen dioxine aankeek. De man begon te lachen en zei dat dat een luxe probleem was. “Wij hebben nog echte vervuiling: zwaveldioxide.”
En toen realiseerde ik me dat als je ergens een groot probleem oplost, daar een minder groot probleem voor in de plaats komt. Ik heb dat gedoopt tot de Wet van Behoud van Milieu-ellende. Bij ons was het probleem van de zwaveldioxide toen vrijwel opgelost en daarom waren we met dioxine bezig. Nu we dat hebben opgelost, komen PFAS en glyfosaat op.”
Hoe fris is jouw pis, Carice van Houten?
“Die Carice van Houten is nu met een actie bezig: Hoe fris is jouw pis. Dan moet je je urine opsturen en gaan ze uitzoeken hoeveel glyfosaat er in zit. Maar het gaat hier om percentages van zeven of acht nullen achter de komma! Daar maak je je toch niet druk over?
Ik ben chemicus, maar ook een hybride figuur. Ik kon in Delft promoveren bij Herman van Bekkum, maar die onderzoekers in Delft hadden het de hele dag over Feyenoord en zaten graag te bridgen. Ik was veel meer bezig met literatuur: Knut Hamsun, Italo Svevo, Elias Canetti. En ik verslond Rudy Kousbroek en Karel van het Reve. Ik ben zowel van de letters als van de cijfers. Van zowel de moleculen als de meningen. Van literatuur én van wetenschap. Mijn chemische achtergrond heeft mij als wetenschapsjournalist en schrijver sterk gevormd. Ik weet van moleculen. Ik weet van concentraties. Ik weet hoe hoog de concentratie zwaveldioxide was in het Nederland van vijftig jaar geleden: Honderd maal zo hoog als nu! De milieuproblemen van 50 jaar geleden zijn bijna verdwenen.”
NRC HANDELSBLAD
“Ik heb bijna tien jaar bij NRC Handelsblad gezeten. En daar schreef ik ongeveer dezelfde eigenwijze verhalen als nu bij EW. Als ik dan iets kritisch over de milieubeweging schreef, werd ik soms op het matje geroepen door de adjunct-hoofdredacteur van de NRC, omdat de milieubeweging via de milieuredacteur had geklaagd over mijn stukken. Glimlachend hoor, want die adjunct was redelijk op mijn hand. En dan zei ik: ”Oké, oké, de volgende keer zal ik het stuk ook van tevoren laten lezen aan de milieuredacteur.”
Mijn collega-wetenschapsjournalist Arnout Jaspers heeft een tijdje bij het AD gezeten. Hij heeft een vergelijkbare natuurwetenschappelijke achtergrond als ik. Arnout werd helemaal gek van de gesprekken met zijn collega's bij het AD. Want die waren louter met allerlei milieurampen bezig en hij probeerde die te nuanceren. Maar hij kwam er niet doorheen. Een wetenschapsjournalist moet vaak opboksen tegen algemene journalisten.
Ik vind Maarten Keulemans – de wetenschapsjournalist van de Volkskrant - uitstekend. Zijn verslaggeving over corona: chapeau. Kritisch en scherp, hij zat er bovenop. Ik heb ook bewondering voor hem, hoe beleefd hij blijft op Twitter, al die mensen die hem verrot schelden.
Ik voer vorig jaar naar de Zuidpool, vanuit Ushuaïa op Vuurland. Marcel Haenen van de NRC had mij uitgenodigd. Die ken ik nog van vroeger. Marcel weet veel van pinguïns, maar niet zo veel van de opwarming van de aarde. Dat leek me leuk: een barre tocht naar het Antarctisch schiereiland, South Georgia en de Falklands. De wetenschapsredacteuren van het NRC wilden niet mee en hadden deugneuzerig afgezegd: de bootreis zou slecht voor het klimaat zijn. Of ze mochten niet drie weken weg van hun vrouw of vriendin. Toen is bij het NRC een soort protestbrief geschreven door een stuk of negen redacteuren. Heel denigrerend werd ik daarin “wetenschapsjournalist” genoemd tussen aanhalingstekens. Ik heb goddomme de wetenschapspagina van de NRC opgericht, was nota bene de eerste bèta bij die krant. Ze vinden dat ik te nuchter en te relativerend over het klimaat schrijf.”
Alle ellende komt uit China.
“Vorig jaar februari kon je het Antarctisch schiereiland en South Georgia nog bezoeken, maar nu heerst daar de vogelgriep. Echt een drama, zelfs die prachtige albatrossen sterven bij bosjes. Als die griep de mens bereikt en zich mengt met een gewoon griepvirus, berg je dan maar. Daarbij verbleekt corona. Ook die vogelgriep op South Georgia zal wel weer uit China komen. Alle gemene virussen komen uit China. Een simpele verklaring is dat daar eenden en varkens op dezelfde boerderij worden gehouden. En het varken is een soort tussenstap tussen de mens en de vogel. Er zijn virologen die virusuitbraken weleens ‘de wraak van de jungle’ hebben genoemd en Marion Koopmans heeft ook wel eens opmerkingen in die richting gemaakt. Het oerwoud dat terugslaat. Volslagen flauwekul natuurlijk.”
Big Pharma
“Iedereen moppert altijd op de farmaceutische industrie, maar we mogen God op onze blote knietjes danken voor de farmaceutische industrie. Big Pharma heeft ons bij corona gered. Nu al heeft corona miljoenen doden veroorzaakt, maar als het veel langer had geduurd voor die vaccins er waren, was de sterfte gigantisch geweest.”
AIDS
“Ik heb een boek over aids geschreven. Er zijn een aantal parallellen tussen AIDS en corona, maar vooral ook veel verschillen. Aids was veel dodelijker dan corona. Corona kon iedereen treffen en aids niet. Dat kreeg je vooral door onveilige seks. Bij ons trof aids destijds toch vooral homo's, junkies en Afrikaanse immigranten, maar dat mocht je niet hardop zeggen, want homo's hadden toen net hun vrijheid verworven in Nederland.
Daarom kwam er een hele campagne met de waarschuwing dat iedereen het kon krijgen, wat helemaal niet waar is. Roel Coutinho heeft in zijn inaugurele rede keurig voorgerekend hoe groot de kans was dat een willekeurige hetero het kon krijgen door iemand in de kroeg te ontmoeten, daarmee naar bed te gaan en seropositief te raken. Die kans was net zo groot als met een charter naar Mallorca te vliegen en te crashen. Dat leidde tot een boel heibel, die uitspraak.¨
Journactivisme
“Ik vind journactivisme – de vermenging van journalistiek en activisme - verschrikkelijk. Je ziet het ook in de wetenschap. Die Jan Rotmans bijvoorbeeld noemt zich trots een halve activist en een halve wetenschapper. In de journalistiek heb je Roelof Bosma die bij Zembla met allemaal onzin over PFAS kwam.
Natuurlijk overdrijft elke journalist wel eens. Ook wetenschapsjournalisten. Ik zette mijn koppen ook wel eens aan als ik de voorpagina wilde halen. Puur effectbejag. Maar dan moet je jezelf corrigeren en dan helpt het als je chemicus bent.
Ik kijk naar cijfers en concentraties. De afgelopen decennia is de vooruitgang in het meten enorm geweest. Daar gaat mijn nieuwe boek over. De nul wordt steeds kleiner. We kunnen nu hoeveelheden meten die onvoorstelbaar klein zijn. Bij PFAS, maar ook bij glyfosaat. Het gaat om concentraties van een stuk of 7 nullen achter de komma, daar moet je je helemaal niet druk om maken. De omwonenden van Chemours in Dordrecht worden de stuipen op het lijf gejaagd, bijna alle media zijn hier onverantwoordelijk bezig.
Er heerst een enorm gebrek aan kennis bij algemene journalisten. Het helpt als je een beetje een natuurwetenschappelijke achtergrond hebt en het verschil weet tussen een ppm, een ppb en een ppt. De meeste journalisten hebben geen idee!
De hele journalistiek is natuurlijk erg veranderd. Het is precies wat Elma Drayer pas schreef in haar Volkskrant-column
Elma Drayer: Vrijwel van meet af aan kostte het de vaderlandse pers veel moeite om evenwichtig te berichten over 7 oktober en al wat daarop volgde. En nee, dan heb ik niet over de usual suspects – over de media ter uiterst rechter- of ter uiterst linkerzijde. Zij schrijven al sinds mensenheugenis uitsluitend over wat in de eigen kraam te pas komt. Evenmin heb ik het over nieuwssites die de berichtgeving over het Midden-Oosten overlaten aan stagiairs die met open ogen in propaganda tuinen. Ik heb het over de titels met uitstekende reputaties. Pijnlijk genoeg zien juist zij sinds 7 oktober kans om Alles wat Israël Doet en Laat continu te hekelen, terwijl ze Alles wat Hamas Doet en Laat continu vergoelijken. Ongelogen: in de bijna vier decennia dat ik rondloop in de journalistiek heb ik zoveel ostentatieve eenzijdigheid niet eerder meegemaakt. ”
Pieter Klok, de journactivist
“Nog een voorbeeld: Pieter Klok, de hoofdredacteur van de Volkskrant, schreef in een commentaar iets over correspondenten uit warme landen, die tijdens een bezoek aan de redactie in Amsterdam zeiden dat ze al die stukken over hitte en klimaat - het was toevallig eens een warme zomer in Nederland - nogal overdreven vonden. Klok legde de lezer uit dat het helemaal niet meeviel en dat de aarde aan het opwarmen was. Hij schreef vervolgens: Normaal gesproken is het lastig om met verhalen over het broeikaseffect een groot publiek te trekken. Bijna elke lezer is ervan overtuigd dat het het belangrijkste probleem van deze tijd is, maar dat zien we niet in de leescijfers terug. Waarschijnlijk komt dat vooral doordat het vooralsnog grotendeels een abstract probleem is, zonder duidelijke slachtoffers in de nabijheid, waarbij de belangrijkste schade in de verre toekomst wordt aangericht. Het is ook een probleem om moedeloos van te worden, omdat de wereld er vooralsnog niet in slaagt om de CO2 -uitstoot voldoende naar beneden te brengen. Abstracte problemen om moedeloos van te worden zijn voor veel lezers niet de ideale vrijetijdsbesteding. Als de klimaatverandering fysiek voelbaar is, zoals afgelopen week, is dat een kans om uitgebreid stil te staan bij de opwarming van de aarde, om het probleem op het netvlies van de lezer te krijgen en bovenaan de politieke agenda.
Zo hoort een journalist dus niet te redeneren, laat staan een hoofdredacteur.
En die gasten van Follow the Money en De Correspondent, die schrijven te pas en te onpas dat de aarde met 6 graden gaat opwarmen. Als je op hun sites kijkt, naar al die onzinverhalen, daar zou je die gasten voor moeten aanklagen. Die hebben me toch een paniek veroorzaakt in Nederland.”
De milieumaffia
“De milieubeweging was ooit een goede club toen die zich verzette tegen het doodknuppelen van zeehondjes, tegen de jacht op walvissen en tegen de luchtvervuiling, toen die er nog was. Maar de milieubeweging is bij de dark site terechtgekomen, ergens in de jaren 80. Het is een tamelijk inhumaan en gewetenloos clubje geworden. Paniekzaaien, deels voor eigen gewin…”
DELFT
“Ik zat vorige week in een jury. Een pitch van studenten van de TU Delft die bedrijfjes aan het oprichten zijn. Delft is nog niet besmet met het wokevirus. Neem nou Leiden, zo’n malloot van een docent die roept dat Tel Aviv gebombardeerd moet worden. De TU Delft is een verademing. Die gasten denken niet in problemen, maar in uitdagingen. Handen uit de mouwen, een heerlijke nuchterheid. Hetzelfde geldt voor de universiteiten van Twente en Eindhoven, die worden ook niet geteisterd door woke.”
EEN JONGEN VAN KATENDRECHT
“Ik ben een jongen van de Kaap, tussen de hoeren opgegroeid. Ik heb mijn memoires over Katendrecht opgeschreven. Gelukkig kon ik goed leren, sloeg zelfs een klas over op de lagere school. Daardoor kwam ik heel jong van de HBS af en ging studeren in Delft, lekker dicht bij huis. Ik dacht eerst aan wiskunde, want daar was ik goed in. Maar dat kon je in Delft pas in het tweede jaar volgen. Toen zeiden kennissen van mijn ouders: “Ga scheikunde studeren, dat is het vak van de toekomst.” Daarin ben ik blijven hangen. Maar al vrij snel ontdekte ik dat ik onhandig ben in het laboratorium. Daarom koos ik voor de journalistiek, in de hoop dat daar echte intellectuelen zaten. Maar dat viel tegen.
Ik ben redelijk nuchter. Ga niet mee in de milieuhysterie, maak me wel zorgen over de opwarming van de aarde, maar overdrijf ook dat niet. Dat zal deels te maken hebben met de Kaap en Rotterdam. Ik ben de zoon van een groentenboer en in de lucht die Rotterdammers inademen zit iets dat het gezond verstand stimuleert. En daar kwam dan een studie in Delft bovenop. Dat is dus nuchterheid in het kwadraat.
Reaguursels
Dit wil je ook lezen
Interview met Leon de Winter, de hardst werkende schrijver van Nederland
Tevens StamCafé, met extra friet
Rita Verdonk: politiek is niet voor bange mensen
BEMMEND INTERVIEW (tevens StamCafé)
LIVE. Glennis Grace ramt zich bij Jinek naar binnen
Prime time daders knuffelen in het Stamcafé