achtergrond

Geenstijl

login

word lid

nachtmodus

tip redactie

zoeken

Meisjes, meisjes, meisjes, bommen en raketten. Onze man in Tel Aviv: Thomas Schlijper

Een interview in Het StamCafé

Mijn onvoorwaardelijke liefde voor Tel Aviv, waar ik woonde toen het nog een zonnige oostblokdump was met een krankzinnige inflatie, gore koffie, vies eten en heel veel mooie meisjes, heb ik al vaak luidruchtig verkondigd: hier, hier, hier en hier. Maar deze Soep gaat voor de verandering eens niet over mij maar over onze man in Tel Aviv: fotograaf-chroniqueur Thomas Schlijper (48), die als een hedendaagse Ed van der Elsken het dagelijks leven in de Israëlische metropool vastlegt, met opvallend veel kiekjes van beeldschone, bevallige en aanstootgevende meisjes. Waarvoor hulde!

door Arthur van Amerongen (rechts)

Schlijper: “Op de ochtend van 7 oktober lag ik in de babykamer te slapen. Adam was drie weken oud. Ik werd wakker van de sirene. Onze baby bracht ik naar de badkamer.

Ik wist niet hoe serieus het was. Hangend uit het raam filmde ik de stad met het geluid van het luchtalarm. Mijn vriendin sliep er gewoon doorheen. Ik ben wat gaan lezen en na een uur klonk de sirene weer. Toen heb ik mijn vriendin Rotem wakker gemaakt. Er waren nu ook knallen: de Iron Dome was actief. Rotem is niet zo bang aangelegd, heeft lang vlak bij de Gazastrook gewoond. Dat geluid van sirenes en de Iron Dome brengt gewoon niks bij haar teweeg. En toen zijn we toch de straat op gegaan. Het was drie weken na de spoedgeboorte van Adam, Rotem zat in een soort van postnatale depressie. Ze voelde zich een beetje somber, dus dat maakte het voor haar nog makkelijker om naar buiten te gaan. Als je je wat dat betreft ook niet goed voelt, dan interesseren sirenes en raketten je een stuk minder. Ik heb haar gefilmd, ze zei letterlijk: “Het maakt me niet uit, als er hier nu een raket neerstort.” Wij liepen naar ons vaste koffietentje, tien minuten verderop. En daar was het heel rustig, ook omdat het sjabbat was. We ontmoetten twee vrouwen die de baby voor het eerst zagen. Dat tafereeltje heb ik gefotografeerd. Vervolgens ben ik binnen gaan zitten om het nieuws te lezen. Via GeenStijl kwam ik erachter dat de Palestijnen op pick-up trucks in Israël rondreden, GS was de belangrijkste en enige relevante nieuwsbron. Toen wist ik dat er echt iets anders aan de hand was. Mijn eerste gedachte was: waar moeten wij, als ze Tel Aviv bereiken, ons in ons huis verstoppen?

Aan de hand van mijn foto’s zie ik dat ik om 10.33 uur alweer vanuit huis heb gefilmd, toen het alarm opnieuw afging. Mensen renden over straat, ik ben de rest van de dag binnen gebleven. Diezelfde avond kwam er een raket neer op Tel Aviv, met een loeiharde knal, 786 meter van ons huis. De volgende ochtend gingen we zoals altijd met de baby naar buiten voor koffie. Op de meeste plekken was het doodstil, we zaten met de rug tegen de muur om het overzicht te behouden, om potentiële terroristen snel te zien. We hadden geen idee wat er werkelijk aan de hand was. Het duurde heel lang voordat het leger die dag ervoor naar het zuiden ging. Hoeveel terroristen waren Israël binnengedrongen? Niemand wist het. Er ging op het internet een soort van moderne kettingbrief rond waarin stond dat er eenzelfde soort aanslag als die van de vorige dag was gepland. Op Tel Aviv. Om iedereen af te maken. Ik had geen idee of het alleen maar getrol of serieus was.

Wat moesten we doen? Olie op de gangvloer uitsmeren, zodat de terroristen zouden uitglijden? Sommige buren liepen met boksbeugels rond. Iedereen had inmiddels de gruwelijke filmpjes gezien.

Die 8e oktober maakte ik foto’s op het Dizengoff-plein in het hart van de stad. Mensen waren massaal voedselpakketten aan het samenstellen voor de soldaten. Veel restaurantjes hadden tafels voor de deur, er werd gekookt voor het leger, het eten werd door vrijwilligers met auto’s naar het zuiden gebracht. De verhalen over Nova kwamen los. Een familielid van Rotem, Stav, was met een vriendin op goed geluk zonder kaartje naar het festival gegaan. Het lukte hen niet om binnen te komen. Voordat ze terug wilden rijden naar Tel Aviv, besloten ze een paar uur in de auto te gaan slapen. Dat werd hen fataal.

Gili, een vriendin van me, verkocht met Romi feestkleding op het Nova-festival. Toen de pogrom begon, schuilden ze onder struiken. Romi, de middelste in mijn filmpje, werd van dichtbij geliquideerd. Gili lag onder het struikgewas en zag de benen van de moordenaar. Ze is nog aan het lichaam van Romi gaan trekken, heeft geprobeerd haar in de auto te krijgen. Ik vroeg haar waar de terroristen op dat moment waren. Ze zei dat er zóveel mensen waren om af te slachten, dat de terroristen er wel een paar konden overslaan. De vriend van Gili kwam op de motor en heeft haar gered, nadat ze uren in een veld gelegen heeft terwijl de kogels over haar heen vlogen en ze continu Arabisch hoorde spreken. De sleutels zaten nog in haar auto, die bizar met 1 kogel geraakt was en het gewoon nog deed.

Op Twitter beweerde de voormalig hoofdpiet Erik van Muiswinkel dat het Israëlische leger bewust op eigen mensen schoot, en hij illustreerde dat met een totaal verkeerd filmpje. Ik dacht: “dude, je schaart je aan de kant van de nazi's. Wat is er voor vreselijks met die man gebeurd?” (Antwoord A.v.A: coke, drank en nieuw verdienmodel). Het zal best waar zijn dat een paar Israeli’s omgekomen zijn door “friendly fire”, maar bewust eigen mensen afslachten, nee. Dit soort shit beweren doet pijn.

Het leven in Tel Aviv herpakte zich langzaam in de maanden na 7 oktober. De koffiehuizen vulden zich na verloop van tijd weer. Iedereen verkeerde in een shock, waren in de rouw, mensen wilden met elkaar praten, elkaar steunen. Vanaf 7 oktober moesten we drie maanden lang vrijwel elke dag drie keer de schuilkelder in. Er zijn ook een paar huizen geraakt. Die raketten vond ik niet het engst, dat is een onpersoonlijk iets, de meeste worden uit de lucht geschoten. Je hebt even tijd om te reageren, om schuilplekken te vinden. Het engste is het idee dat er terroristen rondlopen. De gruwelijke aanslag in Jaffa deze week was echt eng, dat is niet ver van onze tweedehandskledingwinkel. Aan zo’n aanslag gaat geen luchtalarm vooraf.

Het trieste en wrange is dat veel slachtoffers van Nova juist vredelievend waren en contact zochten met Gazanen. Een aantal zat bij Standing-Together, een soort Vrede Nu. Een meisje van Standing-Together wordt nog steeds gegijzeld.

Ik hou niet van termen als pro-Israël en pro-Palestina. Het is verdomme geen voetbalwedstrijd. Ik ben pro het bestaansrecht van Israël, ik vind het een fantastisch land en wil dat het bestaat. Bibi vind ik, net als heel veel andere Israeli’s verschrikkelijk, dat is een heel ander verhaal.

Gaza is een soort Vietnam aan het worden. Heel veel soldaten keren getraumatiseerd terug. De gevolgen van die oorlog gaan we nog jaren merken. Een goede vriendin van mij zat laatst op het strand en werd aangesproken door een jongen. Hij vertelde haar wat voor gruwelijks hij had gedaan in Gaza, een kind gedood. Hij moest zijn hart luchten. Hij had geen ouders meer, kon het bij niemand kwijt en sprak daarom een wildvreemde vrouw aan. Die vriendin heeft nu slapeloze nachten door die gruwelverhalen.

Het toerisme is nu zo goed als dood. Veel Israëli's emigreren of willen emigreren. De hoop op een goede toekomst is weg. Zelfs al houdt de oorlog nu op en zelfs al komen de gegijzelden terug, dan blijft het land verdeelder dan ooit. Het is nu nog erger dan tijdens de massale demonstraties tegen Bibi’s juridische hervormingen. Ik volg de Nederlandse media via Twitter, krijg regelmatig links toegestuurd en word dan om mijn mening gevraagd. Die Hamas-demonstraties in Nederland vind ik walgelijk. Je mag van mij hard op Israël afgeven, en zeker op de verschrikkelijke regering, maar ga in godsnaam godverdomme niet aan het bestaansrecht van Israël twijfelen. Die pogrom van 7 oktober was zo heftig, het hele land was kotsmisselijk. En dan zie je overal feestende Palestijnen en hun handlangers. Ik was geshockeerd toen ik zag dat posters van de gegijzelden van muren werden gescheurd.

Hoe vervuld van haat moet je dan zijn, en hoe weinig hart moet je hebben om een poster van een gekidnapt meisje weg te halen… Kijk, dat mensen nu Israël uitkotsen, prima. Het is fucking heftig wat Israël in Gaza doet. Maar als je Israël al uitkotste toen Israël zelf zo hard geraakt was door die pogrom, dan ben je gewoon een hater. Klaar. Dan ben je gewoon een jodenhater. Dan heb je kleur bekend en dan wil ik niks meer met je te maken hebben. Het is toch afschuwelijk dat progressief links Nederland geen afstand neemt van dat zinnetje “ from the river to the sea”, wat niks anders betekent dan ‘het einde van Israël’. Ik heb notabene jaren op de Partij voor de Dieren gestemd, heel veel werk voor ze gedaan.

In 2002 kwam ik Amsterdam een Israëlische tegen. Ik had tot die ontmoeting helemaal geen interesse om naar Israël te gaan. Ik kende Israël van de NOS dus het leek me geen leuk land. Maar ja, toen kwam ik die dame tegen... Ik ben na een paar weken in het vliegtuig gestapt om haar op te gaan zoeken. Met haar was ik bijna acht jaar. Omdat ik alleen maar narigheid hoorde en zag over Israël, werd ik misschien extra in beslag genomen door haar en door Tel Aviv. Want als je alleen maar narigheid hoort en je ziet dan een totaal andere werkelijkheid als je er bent, dan ben je veel vatbaarder om te vallen voor iets of iemand. Nadat die relatie voorbij was, ben ik veel vaker naar Tel Aviv gegaan. Ik bouwde hier een hele vriendenkring op, ik was altijd gelukkig als ik hier was omdat ik het zo leuk vond hoe mensen met elkaar omgingen en hoe makkelijk het was om hier contact te leggen.

En Amsterdam vond ik stil en saai worden. Ik had in het begin veel werk als fotograaf, voor alle mogelijke bladen. Nadat ik afgestudeerd was aan de Hogeschool voor de Kunst in Utrecht, kon ik meteen aan de slag. Ik deed zes, zeven opdrachten op een dag. Later ben ik mijn geld gaan verdienen met fotografie voor advocatenkantoren, gewoon portretten maken. Daar verdiende ik veel meer geld mee dan bij de kranten. En dan had ik de rest van de dag over om de stad vast te leggen en om te fotograferen wat ik wilde. Gewoon het dagelijks leven. Ik doe precies hetzelfde in Tel Aviv. Ik fotografeer regelmatig mooie meisjes, je struikelt er hier over. Ik ben inderdaad dol op vrouwen, hoe wist je dat? Ik praat makkelijk met ze, leg makkelijk contact. Ik moet een klik met iemand hebben als ik die fotografeer. Tel Aviv is niet zo claustrofobisch als Amsterdam. Daar moet alles hip zijn binnen de regeltjes en de lijntjes. Ik word in Tel Aviv nooit beoordeeld op mijn uiterlijk en ook niet op mijn leeftijd. Het is bizar hoe brutaal die jonge meisjes mij aankijken. Ik heb een vriendin, ik leef gewoon een monogaam leven. Rotem kan daar heel goed mee omgaan. Er zijn ook vrouwen hier die tegen mijn vriendin zeggen: “Ik zou hem kapot schieten!” Ik knuffel wat af hier. Maar ja, als je een makkelijke vrouw hebt, dan is het geen probleem. Zij gaat ook nog gewoon met haar ex naar de sportschool. Ik vind dat ook allemaal best. We hebben nu samen een winkeltje in tweedehands kleding, daar lopen de hele dag meisjes binnen, dat is weer handig voor de foto’s, haha. Als er geen klanten zijn, werk ik in die toko aan mijn kiekjes. Het warme weer en het licht van Tel Aviv geeft me geluk. Het is hier ontzettend veel lichter dan in Nederland. De zon komt hier in de winter twee uur eerder op. In Nederland zie je de zon hele weken niet. Altijd die grijze lucht. En dan heb ik als bonus ook nog de zee en het strand. Tel Aviv maakt mij gelukkig”.

Reaguursels

Dit wil je ook lezen

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.