Ik was nog nooit op de Zwarte Cross. Ik ben een Hell’s Angel zonder brommer.
Tevens StamCafé
door Arthur van Amerongen
Ik was helaas nog nooit op de Zwarte Cross. Wel deed ik mee aan de Dakar Rally en bezocht ik een paar keer de concentração de motos in Faro, het grootste brommertreffen van Europa dat bezocht wordt door 20.000 easy riders. Het festival vindt dit weekeinde plaats, op een enorm terrein vlakbij de luchthaven van Faro. Zondagmiddag is de grote parade door de stad en die is best spectaculair. De eerste doden vielen gisteren. Niet door bendegeweld, maar gewoon door een botsing. Mijn personal trainer Rui (dankzij hem ben ik van 98 kilo naar 84 kilo gegaan, bedankt voor de complimenten) heeft donderdagavond al zijn tentje op een strategische plek op het terrein gezet en keert zondagavond pas weer terug naar zijn vriendin in Olhão.
We kijken even naar het nieuws:
Een biertje doet anderhalve euro en ook het eten kost geen drol: lekkere kip piri piri en flapjes zwijn van de houtskoolgrill voor 5 euro, kom daar maar eens om bij Lowlands, met peperduur veganvoeder. En verder zijn er lekker ordinaire strippers en is er veel heavy metalmuziek, dus helemaal comme il faut. Ik heb geen brommer en zelfs geen step en ging gewoon met de bus naar het festival. Deze editie sla ik over omdat mijn verloofde in Nederland is en ik op de hondjes moet passen. Dat zijn mijn kinderen en die laat ik nooit langer dan vier uur alleen.
Mijn vaste volgers weten inmiddels dat ik mijzelf graag identificeer als een full blown kneus en dat ik dolgraag koketteer met de talloze mislukkingen in mijn leven. Hier een klinkend voorbeeld:
Mijn laatste en tevens enige brommer was een Solex. Ik bezorgde de Telegraaf in Ede en op een steenkoude zaterdag in december had ik de loodzware tassen aan die roestbak gehangen. Die Solex had ik voor 25 gulden gekocht van een duister sujet uit de sloppenwijk van Ede. Het ijzelde en door de loodzware krantentassen begon de brommer te slippen en gleed in een greppel bij een kazerne. Ik heb toen, blauw van de kou en vloekend als een ketellapper, de brommer en het enorme pak zaterdagkranten achtergelaten. Einde loopbaan. Dan maar geen miljonair.
Op de Mavo Beukenlaan in Ede had iedere gezonde jongen een brommer. De boeren reden op Zündapps, de Molukkers op verchroomde Yamaha’s. Ik stond altijd op een afstandje naar de brommergroepjes te kijken. Die gasten vonden mij sowieso een rare omdat ik Frans als keuzevak had, in een klas met alleen maar meisjes. Dan ben je dus gewoon homo in Ede, als je voor Frans kiest. Ivo Niehe heeft Frans gestudeerd, en ons aller Frenske ook. Veel later ben ik bevriend geraakt met Daniël Uneputty alias Unu, de voormalige president van het Amsterdamse chapter. Hij is van Ambon en groeide op in Gouda. Hij komt trouw naar mijn boekpresentaties en ik ken hem als een keurige family man die zich altijd leent voor een feestelijk fotomomentje.
In zijn tattooshop in Amsterdam zat ik graag met hem te babbelen over Sonny Barger, de oprichter van de Angels. De kenner denkt dan meteen aan Hunter S. Thompson, de uitvinder van de Gonzojournalistiek, en zijn klassieker uit 1966: Hell's Angels: The Strange and Terrible Saga of the Outlaw Motorcycle Gangs.
Ik ben bij mijn weten de enige Nederlander die geprobeerd heeft Gonzo-journalistiek in Nederland te bedrijven. Het gevolg was dat al mijn relaties stuk liepen en dat ik regelmatig naar de detox in de Jellinek moest. Dat klinkt stoer, maar ik kan het niemand aanraden, want het gat in mijn hart is sedertdien niet meer gedicht.
Even een stukje opvoeding over films en motors, en vooral over Easy Rider, de klassieker die ik een keer of tien heb gezien.
Hopper and Fonda's first collaboration was in The Trip (1967), written by Jack Nicholson, which had themes and characters similar to those of Easy Rider. Peter Fonda had become "an icon of the counterculture" in The Wild Angels (1966), where he established "a persona he would develop further in The Trip and Easy Rider."
The Trip also popularized LSD, while Easy Rider went on to "celebrate '60’s counterculture" but does so "stripped of its innocence." Author Katie Mills wrote that The Trip is a way point along the "metamorphosis of the rebel road story from a Beat relic into its hippie reincarnation as Easy Rider_", and connected Peter Fonda's characters in those two films, along with his character in_ The Wild Angels_, deviating from the "formulaic biker" persona and critiquing "commodity-oriented filmmakers appropriating_ avant-garde film techniques." It was also a step in the transition from independent film into Hollywood's mainstream, and while The Trip was criticized as a faux, popularized underground film made by Hollywood insiders, Easy Rider "interrogates" the attitude that underground film must "remain strictly segregated from Hollywood." Mills also wrote that the famous acid trip scene in Easy Rider "clearly derives from their first tentative explorations as filmmakers in The Trip_."_ The Trip and The Wild Angels had been low-budget films released by American International Pictures and were both successful. When Fonda took Easy Rider to AIP, however, as it was Hopper's first film as director, they wanted to be able to replace him if the film went overbudget, so Fonda took the film to Bert Schneider of Raybert Productions and Columbia Pictures instead.
Ieder dorp in de Algarve heeft een brommerclub. In het treinstationnetje van Livramento, een half uurtje wandelen van mijn hut, zit de Grupo Motard Cidade Sem Lei. Vrij vertaald: ‘Motorclub Stad zonder Wet’. In de praktijk behelst zo’n chapter een maandelijks barbecuetreffen van mannen met haarvlechten en bierbuiken, gechaperonneerd door meisjes van vijftig plus in lederen rokken en met aarsgeweien boven de bilspleet getatoeëerd. Iedereen kan de clubhuizen van de outlaws binnenlopen en een spotgoedkoop ijskoud biertje drinken met de mannen. Ik vertel ze dan stoere verhalen over de Dakar-rally die ik met Rob Muntz deed en mijn epische avonturen hakken er flink in bij die gasten.
Ik heb daar kennis gemaakt met Toon van der Heijden, een toffe Brabo met een houten poot, die op zijn chopper achter het circus aanreed. Alle Nederlanders die meededen aan de Dakar waren dol op hem en hij kreeg overal te eten en te drinken. Die houten poot was het gevolg van een nare schuiver met zijn motor in Griekenland. Hij werd geschept door een tractor en zoals iedereen weet wil je in Griekenland niet dood gevonden worden, en ook niet in een ziekenhuis. Toon vertelde Muntz en mij in geuren en kleuren over de gangreen die al na een dag zijn been wegvroot. Hij liet met een enorme grijns foto’s zien van zijn been waar de maden uit kropen. Toon schreef zich nooit officieel in voor de Dakar, dat vond hij geldverspilling. ’s Avonds kroop hij onder het hek van de damesbivak en deed hij zijn reputatie als Het Beest van Brabant eer aan. Hij (ik hoop dat hij nog leeft trouwens, ik kan op internet niks vinden) is nooit een seconde in het Dakar-programma van Allard Kalff voor RTL te zien geweest, om de simpele reden dat Toon geen 1500 euro kon betalen per minuut zendtijd, ook al beweerde RTL een gevarieerd verslag te brengen van de rally, waarin vanuit verschillende gezichtspunten aan alle aspecten van de rally aandacht werd besteed. De uitgangspunten voor wat betreft de wedstrijd en de duiding van het evenement waren volgens RTL altijd journalistiek. Toon vertelde mij dit: ‘Allard Kalff groet mij nooit en hij weet donders goed wie ik ben. Ik ben financieel niet interessant voor hem, en daar houdt alles mee op. Ik noem het hoernalistiek.’
Over de hoernalistiek van RTL bij de Dakar gesproken: de verslaggeving over die race is één grote kritiekloze advertorial. Wij wilden weten hoe de rauwe rally in Afrika verworden was tot een woekercircus waarin de echte coureurs nauwelijks nog stand konden houden door de financiële wurggreep van de ASO en bijvoorbeeld RTL. Pedro van Hout van Memo Tours, een bedrijf dat tijdens de rally technische steun gaf aan vier motorrijders, waaronder Jaap van der Kooy en Hans-Jos Liefhebber, vertelden ons: ‘Jaap lag er al snel uit en was zijn geld kwijt dat hij vóór de rally aan RTL had betaald voor zendtijd. Die zendtijd kan niet worden overgezet op een andere rijder van het team. Voor RTL is dat gunstig, want die hebben weer extra tijd om aan andere zaken geld te verdienen. Toen in 2008 de Dakar-rally niet doorging, vroeg RTL aan de rijders of ze – tegen betaling uiteraard – voor de camera wilden zeggen dat ze zich klote voelden. Jaap van der Kooy zei: ‘Donder op, natuurlijk voel ik me kut, dat hoef ik niet drie of vier keer op televisie te vertellen tegen betaling. De rijders zonder geld komen niet in beeld. Een uitstekende motorrijder als Wouter van der Beek zie je gewoon niet terug bij RTL.’
Met sportjournalistiek hadden de programma’s van Allard Kalff en zijn billenmaatje Sebastiaan Labrie niets te maken. Ze waren zeepverkopers, niets meer en niets minder. Het bedrag dat RTL aan de ASO betaalde om Dakar te verslaan moet astronomisch zijn geweest. De macht van de ASO was grenzeloos: de rijder wikte, ASO beschikte. Toon van der Heijden: ‘Midden in de Andes wilde ik tanken, er was binnen een straal van 700 kilometer maar één pomp. Die had de organisatie van Dakar geclaimd, alleen officiële deelnemers konden er tanken. Er stonden honderden woedende automobilisten en die dreigden het benzinestation in de fik te steken. Dat hielp.’
Ik heb destijds trouwens grondig onderzoek gedaan naar de werkelijke reden waarom Dakar 2008 in Afrika niet doorging. In december 2007 werden vier Franse toeristen vermoord door een Al Qaida-tak in Mauritanië. De Franse geheime dienst vroeg de leiding van ASO de route te wijzigen. Door het gebied waar de Fransen vermoord waren te vermijden, zou de plaatselijke bevolking geen geld verdienen aan het Dakar-circus. Een collectieve straf dus. Dat wilde de ASO niet doen onder het mom van: ‘Wij zijn God in Frankrijk en dat doen wij dus niet. Alles staat op de rails, we gaan geen nieuwe route uitstippelen op het laatste moment.’ Korte tijd later klopte de Franse regering aan bij ASO. De toon werd nu echt grimmig, desondanks weigerde de organisatie de route te veranderen. De regering gaf toen te kennen geen enkele medewerking meer te geven aan de Tour de France en de Dakar-rally. ASO bond snel in en sloot een speciale verzekering af om zich in te dekken tegen de ophanden zijnde annulering van de Dakar 2008 (alleen Volkswagen al heeft jaarlijks een budget van rond de 200 miljoen euro voor de rally). De dertigste Dakar zou uit Lissabon vertrekken en moest erg feestelijk worden. Plotseling doken er (al dan niet gemanipuleerde) satellietbeelden op van scudraketten in de woestijn van Mauritanië om aan te tonen dat er een zogenaamde dreiging van Bin Ladens Al Qaida was. De rally werd op het allerlaatste moment afgelast. ASO riep de grootste en dus rijkste teams bij elkaar en stelde ze voor dat die voor de rally van Dakar 2009 geen inschrijfgeld hoefden te betalen. Jean-Louis Schlesser, een Franse grootheid in de Dakar-rally (van het Gauloises-buggyteam), behoorde niet tot de grote teams die door de organisatie waren uitgenodigd. Schlesser moest gewoon opnieuw inschrijfgeld betalen in 2009 en stapte woedend met dit verhaal naar de Franse media. De meeste media deden er niets mee omdat ze hun accreditatie voor de rally niet op het spel wilden zetten.
Het hoogtepunt van onze Dakar was onze actie voor motorcoureur Mirjam Pol, de enige vrouw in het Nederlandse kamp. Via de website van RTL kon gestemd worden op de deelnemers aan de rally (gesponsord door Autodrop, de snoepmogul had de winnaar van tevoren al bepaald). Mirjam stond op een gegeven moment derde maar kwam geen seconde op de televisie omdat ze Allard Kalff niet kon betalen omdat ze geen sponsor had (ja, een of ander slager in de Achterhoek, maar dat zette geen zoden aan de dijk). Rob Muntz en ik besloten te gaan pollfucken door deze oproep in de Spits te plaatsen: ‘Steunt allen onze sexy motormuizin Mirjam, die het zwaar heeft in deze ruwe mannenwereld van Dakar. Bij de BBQ klaagde onze gevoelige vrouwenvrouw over een “rauwe doos” omdat ze het verkeerde zeemleer voor haar broek heeft gebruikt. Stemt Mirjam!’ GeenStijl nam de actie over en de pollfuck was episch, want Mirjam stond op 1! Op de laatste dag zette Autodrop hun favoriet op 1, omdat die lekker veel sponsorgeld had betaald. Echt schandalig.
Bon, ik ben dit weekeinde dus helaas niet op de Zwarte Cross en niet op het Motortreffen in Faro, maar ik heb in ieder geval spannende verhalen over motoren en die doen het goed bij een knapperend haardvuur. Niet voor niets is dit mijn lijflied:
Like a true nature's child
We were born, born to be wild
We can climb so high
I never wanna die
Born to be wild
Born to be wild
Reaguursels
Dit wil je ook lezen
Dood aan de Bekende Nederlanders en de kinderglijers van Oxfam!
Soep van de Week in het StamCafé
Ik verhuisde naar Bluesky en u raadt nooit wat er toen gebeurde
Hilarische Soep van de Week in het StamCafé
"Het is een schande dat Nederland het antisemitisme van Francesca Albanese en UNRWA niet verwerpt"
Interview met advocaat Hillel Neuer, de directeur van UN Watch, een onafhankelijke waakhondorganisatie die al twintig jaar het virulente antisemitisme binnen de VN onderzoekt.
Ode aan de burgerman
Wordt Tuur nou zuur?
De nieuwe zedenprekers, moraalridders en fatsoensrakkers:
hoe reaguurders walgen van een dode kunstenaar die duizenden vrouwen neukte
[SOEP VAN DE WEEK in Het StamCafé]
Hij was maar een persoon van kleur. Zoiets haal je niet in huis.
Soep van de Week & tevens StamCafé
LIVESTREAM GSTV. Zaterdagavond Zwarte Cross
Zoek Tom & voer hem bier