achtergrond

Geenstijl

login

word lid

nachtmodus

tip redactie

zoeken

GS Boeken. Volkskrantjournalistes in 2006 over islam in Schilderswijk: 'Radicaal, anti-westers, en niet van deze tijd'

boekievanjanny.jpg Het is november 2006. Fortuyn is dood. Van Gogh is dood. De Hofstadgroep is - voorlopig - opgerold & kalltgestelt. En de term "Shariadriehoek" wordt pas over een kleine 7 jaar uitgevonden en gebruikt in een Trouwreportage door journalist Perdiep Ramesar, die anderhalf jaar daarna ontslagen zal worden voor het opvoeren van niet-bestaande bronnen in honderden artikelen. In dat najaar van 2006 duiken Volkskrantmeisjes Janny Groen en Annieke Kranenberg op uit de gesluierde wereld van vrouwen in het Haagse moslimfundamentalisme met een boek: Strijdsters van Allah. Radicale moslima's en het Hofstadnetwerk. Volgens uitgever Meulenhoff kregen de journalistes van de toenmalige Broertjesbode 'als eerste toegang tot een wereld waarvan vrijwel niemand het bestaan vermoedde'. De dames beschrijven hoe 'steeds meer jonge vrouwen zich verdiepen in de zuivere islam, die is ontdaan van culturele invloeden', en hoe zij 'nieuwe sympathisanten rekruteren, Mohammed B.-achtige documenten vertalen en islamitische lezingen geven': "Binnen het radicaal-religieuze gedachtegoed zijn ze eigen baas achter de sluier. Ze zijn alles behalve slachtoffers van islamitische loverboys, zoals de geheime dienst aanvankelijk dacht."

Anno 2014 schrijft Janny Groen nog altijd met regelmaat alsook met warm begrip over de (radicale) islam en haar uitwassen in de polder, en is Annieke Kranenberg Ombudsvrouw bij de gewezen kwaliteitscourant. Maar waar niemand het over heeft, is dat Janny & Annie in 2006 de Schilderswijk al omschreven als een broeinest van angst, radicalisering en islamitische onderdrukking. Een soort Shariadriehoek dus, een constatering die werd gebaseerd op zowel anonieme als open bronnen. Vandaag in de GeenStijl MultiCulturele BoekenBijlage: een paar pagina's uit dat zorgvuldig verzwegen boek, te weten het hoofdstuk 'ONRUST EN ANGST IN HAAGSE MOSLIM GEMEENSCHAP'. Door Janny Al-Hollandi (Azijnbode) en Annieke Al-Remarqi (Azijnbode). Na de breek.
ONRUST EN ANGST IN HAAGSE MOSLIM GEMEENSCHAP
Om heel andere redenen groeit ook de onvrede bij de Marokkaanse gemeenschap in Den Haag. Talloze verhalen horen we over ontwrichte gezinnen, over vrouwen die door het handelen van Fawaz (AKA Sjeik Huppeldepup - red.) met een polygame driehoeksverhouding zijn opgezadeld. We horen dat zowel van organisaties als van bezorgde broers en zussen. We bellen maatschappelijk werkers van Marokkaanse afkomst, die de verhalen bevestigen. Maar vrijwel niemand durft 'on the record' met ons te praten. Angst heerst in de moslimgemeenschap. Niet eens zozeer voor de toorn van de imam zelf, maar voor zijn fanatieke aanhang. Ouders hebben het gevoel dat ze hun kinderen 'verliezen' aan As Soennah. Dat ze geen enkele greep hebben op het radicaliseringproces dat in de moskee in gang wordt gezet.

Hiek van Driel van de lokale SP maakt zich al heel lang zorgen over wat zich binnen de moskee afspeelt. De SP stelt in de raad geregeld vragen over As Soennah en heeft ook diverse malen, vergeefs, om sluiting verzocht. Van Driel zegt anonieme e-mails te krijgen van verontruste ouders en jongeren. 'Die vinden dat de overheid, zowel op gemeente- als op rijksniveau veel te weinig doet. Ik word op straat vertrouwelijk aangesproken met het verzoek om door te gaan. Ik ben ook met jongeren in gesprek geweest. Die maken zich zorgen over hun vrienden en/of broers, op wie As Soennah een grote aantrekkingskracht heeft. De jongeren zijn sowieso erg boos, omdat moskeeën subsidie krijgen voor jongerenwerk, terwijl de clubhuizen moeten bezuinigen.'Ze krijgt ook anonieme mailtjes vanuit de moslimgemeenschap. Ene N. geeft daarin aan hoe moeilijk het is om Fawaz en zijn As Soennah-broeders, die de grenzen van de Nederlandse wet opzoeken, te stoppen. N. reageert op een fragment van een preek van Fawaz dat door het NOS Journaal is uitgezonden en waarin de imam ronselpraktijken voor de jihad veroordeelt. Dit doet hij in de winter van 2005, na het bericht dat drie jongens die As Soennah bezochten, zijn vertrokken naar Tsjetsjenië of Afghanistan voor de jihad (zelf beweerden de jongens op vakantie te zijn toen ze werden aangehouden in Azerbeidzjan).

Zo krijgt 'de feitelijke boosdoener een sympathiek gezicht', schrijft N, die vervolgt (overgenomen met tik- en taalfouten): "Men gaat helemaal voorbij aan de geestelijke voorbereiding waarvoor Fawaz verantwoordelijk voor is. Naar mijn mening verdient Fawaz dezelfde aanpak van de media als radicale imams in Engeland en Frankrijk. Soortgelijke radicalen krijgen een offensief van de media, die hun gedachtegoed consequent en met grote regelmaat bloot stelt. Maar Nederlandse media neigt voorlopig naar naïviteit. Simpelweg omdat ze niet over voldoende instrumenten beschikken om mensen te doorgronden en het publiek daar goed over te informeren. En dat is nu juist de grootste uitdaging. Neem in ieder geval het volgende van mij aan: veel Marokkaanse mensen in Den Haag en omgeving zitten met hen handen in het haar en weten niet hoe hun kinderen kunnen beschermen tegen de invloeden van die moskee." Over dezelfde affaire schrijft N. later dat Fawaz "zeker zal gaan roepen dat deze jongens 'afgedwaald' zijn, omdat ze zonder 'zijn toestemming' op jihad zouden zijn gegaan. Maar zo werkt het niet, als je dag in dag uit zit te preken dat 'ongelovigen' vernietigd moeten worden. Ik zat nog laatste tijd te luisteren naar zijn preken op zijn webe site. Afschuwelijk! In feite zouden al deze preken (al-yaqeen.com) vertaald moeten worden om aan de publieke opinie duidelijk te maken wat daar in lahaay wordt gepreekt."

N. blijkt een kritische, maar geen ongenuanceerde luis in de pels van As Soennah, die duidelijk kennis heeft van de Arabische context. De opmerking van Fawaz over de wind van 'onveranderde tijden' die Hirsi Ali buiten de muren van de Tweede Kamer zal blazen, relativeert hij in een andere mail aan Van Driel. Volgens N. heeft die uitdrukking in de Arabische wereld vooral de betekenis: uit het parlement worden gestoten.

N. blijft anoniem. Helaas, zegt Van Driel, die steeds weer geconfronteerd wordt met angstige moslimburgers. Ze zegt dat de As Soennah-critici geïntimideerd worden door Fawaz' volgelingen. 'Ze durven met hun verhalen niet naar buiten te komen.' Van Driel begrijpt dat wel, want elke kritiek op de moskee wordt genadeloos neergesabeld door As Soennah. Zo heeft, na kritische vragen van de SP over de moskee, korte tijd een bedreigend filmpje op al-yaqeen.com gestaan. Het logo van de SP, een tomaat met daaraan gekoppeld de tekst: 'SP Den Haag en haar zwarte kant'. In de tomaat verschijnt langzaam een doodskop met daaronder gekruiste beenderen. Van Driel is daarmee naar de politie gestapt, maar die nam het filmpje, dat inmiddels van de site is verwijderd, volgens haar niet serieus. In de nieuwsrubriek staat een verklaring van Fawaz over de partij, die volgens hem mensen, in het bijzonder extreemrechts, ophitst tegen vredelievende moslims.

De partij is bezig, schrijft Fawaz, met "het opzetten van een eigentijdse inquisitie naar de predicatie van de imams en het opsporen en straffen van hen. Onder het mom van het waarborgen van de vrijheid en democratie." De imam wil dat de SP ophoudt met 'haar heksenjacht, zwartmakerij en provocatie van de moslims'. Ook van bezorgde Marokkaanse families horen we dat moslims die uit de school dreigen te klappen over As Soennah worden geïntimideerd. Er is gedreigd met een 'burgeroorlog in de wijk'. Fawaz wordt door gematigde moslims omschreven als 'een sekteleider'. Zijn volgelingen zijn helemaal idolaat van hem, accepteren geen enkele kritiek, gaan voor hem door het vuur.

Een familielid van een As Soennah-ganger die vanwege 'mijn eigen veiligheid' anoniem wil blijven, beschrijft hoe het radicaliseringproces zich voltrok. Het Marokkaanse gezin heeft grote moeite met Fawaz die 'de politiek op de mimbar (spreekstoel) heeft gebracht'. Politiek hoort volgens het gezin niet in de moskee thuis. Die hoort een plaats te zijn van gebed, waar men tot rust komt. De familie slaagt er niet in de politiek buiten de deur te houden. Thuis worden ze geconfronteerd met 'een plotselinge passie voor het Midden-Oosten'. "We moesten de krant gaan lezen, anders was het voor ons allemaal niet meer te volgen." Het As Soennah-gezinslid komt thuis met namen van Nederlandse politici en vreemde Saudische geleerden. Met woorden als 'Amrikie' en 'kalashnikov' en zinnen als 'God heeft de Taliban zoveel kracht gegeven dat ze de Apache met een kalashnikov kunnen neerhalen'. Bandjes met preken van Fawaz worden in de prullenbak gegooid, maar het helpt niet. De As Soennah-ganger leert de preken gewoon uit het hoofd.

Een van de weinigen uit de Haagse Marokkaanse gemeenschap die openlijk kritiek durven uit te oefenen op de As Soennah-moskee, is Farid Aouled Lahcen. Hij is al jaren actief bij zelforganisaties en het Haagse welzijnswerk en loopt ook voortdurend aan tegen 'de angst om zaken naar buiten te brengen'. Aouled Lahcen zegt dat in de Marokkaanse gemeenschap 'grote zorgen' zijn over notariële handelingen rond huwelijken die Fawaz - en andere As Soennah-prominenten - tussen de jongeren onderling sluiten. Dat gebeurt vaak tegen de zin van de ouders in. De moskee, zegt hij, regelt 'bewust of onbewust', ook polygame huwelijken. "In elk geval gaat het om huwelijken die noch in Nederland, noch in Marokko wettelijk zijn toegestaan." Veel vrouwen hebben daar grote moeite mee.

Aouled Lahcen kent tenminste twee gevallen van minderjarige Marokkaanse meisjes die door Fawaz zijn uitgehuwelijkt. "Ze waren pas zestien jaar", zegt hij. "Het ene meisje is tijdelijk uitgehuwelijkt voor slechts zes maanden aan een Marokkaanse jongen. Het andere is met een Saudiër getrouwd en aanvankelijk ook naar Saudi-Arabië vertrokken. Ze is nu terug in Nederland, maar ik ben er nog niet in geslaagd haar te spreken." Ons verzoek om zelf met een van de meisjes of de ouders te praten, kan niet worden ingewilligd. Aouled Lahcen: "Ze durven echt niet. Dat geldt niet alleen voor hen. Bestuurders van neutrale Marokkaanse moskeeën durven zich evenmin uit te spreken tegen de praktijken van Fawaz. Ze staan machteloos." Zelf constateren we ook dat in As Soennah talloze islamitische huwelijken worden gesloten. Als we voor een verhaal over bekeerlingen, begin september 2005, twee As Soennahbroeders interviewen over hun shahada (afleggen van de getuigenis), begint de Antilliaan Shurnel spontaan te vertellen over zijn huwelijk. Shurnel (21) noemt zich inmiddels broeder Ismail. Hij heeft zich in maart 2005 bekeerd tot de islam. Door zijn interesse in de islam is zijn Hollandse vriendin ook nieuwsgierig geworden naar dat geloof. Shurnel neemt zijn vriendin in mei 2005 mee naar As Soennah. Shurnel: "Meteen de eerste keer dat ze hier in de moskee kwam, heeft ze shahada gedaan. We zijn diezelfde dag islamitisch getrouwd door broeder Faouzi. Want samenwonen is niet toegestaan in de islam." Sterker, Fawaz heeft bij de Nederlandse Moslimomroep beweerd dat een 'onschuldige verhouding tussen een man en een vrouw niet bestaat'. Daarbij droeg hij president Clinton en Witte Huis-stagiaire Monica Lewinsky aan als bewijs.

We vragen Shurnel of er vaker dergelijke spontane huwelijksceremonies worden voltrokken. "Jazeker", zegt hij. "Jongens en meisjes mogen niet ongehuwd samen zijn van de islam." En tegen Abu Ismail, die tijdens het gesprek even langs komt: "Jij sluit veel van die huwelijken." Abu Ismail bevestigt dit ongemakkelijk: "Ja... ik ben bij zoveel huwelijken." In inlichtingenkringen horen we later dat imams van salafistische moskeeën - in andere salafistische centra vinden ook dergelijke huwelijkspraktijken plaats - de nikah vaak overlaten aan 'rijzende sterren' in de scene. Aan broeders als Abu Ismail en Faouzi. Zodat de imams zelf, mochten de praktijken aan het licht komen, buiten schot blijven. Faouzi, een zachtaardige man met een lange baard die zichzelf als een soort conciërge omschrijft, is zeer actief in de moskee. Hij is er altijd wanneer wij de moskee bezoeken.

Voor Shurnel en zijn vrouw is een officiële legitimatie van hun huwelijk niet zo belangrijk. In Antilliaanse en Nederlandse kringen is ongehuwd samenwonen (want daar komt het toch in feite op neer) geaccepteerd. Marokkanen mogen niet trouwen zonder toestemming van hun ouders. Daarom kiest Nora er uiteindelijk voor haar Hofstadman, van wie ze zegt nog altijd te houden, achter zich te laten. En de man te trouwen, haar neef, met wie haar vader kan instemmen.

Soms worden de As Soennah-huwelijken, zoals het eerste huwelijk van Soumaya met Abdelhakim, ook geregistreerd bij het Marokkaanse consulaat en/of bij de Nederlandse burgerlijke stand. Maar vaak niet. Als er alleen maar een door Fawaz, of een van zijn secondanten, ondertekende akte is, kunnen Marokkaanse Nederlanders in hun land van afkomst in juridische problemen komen. Officieel is er geen huwelijk. Er kan dus ook niet worden gescheiden, voor vrouwen is niets geregeld, er kan niet worden geërfd. En eventuele kinderen bestaan niet in Marokko.

Aouled Lahcen toont ons een door Fawaz getekende huwelijksakte. "Dit is een standaard As Soennah-akte, een amateuristisch vod", zegt hij. De naam, het geloof, de nationaliteit, het beroep en de woonplaats van bruid en bruidegom en van de getuigen staan erop. Het nummer van de paspoorten. Voorschotten van de bruidsschat zijn vermeld. Er staan handtekeningen op van de getuigen en het stempel van de moskee. De getuige verklaart dat het meisje gezond is, niet geestelijk gehandicapt. Ten slotte het zinnetje dat de akte is opgemaakt conform de sharia en het heilige boek. "Wat ontbreekt is een registratienummer", zegt Aouled Lahcen. "Als dit papiertje zoek raakt of bij een brand wordt vernietigd, is er helemaal geen bewijs meer van het huwelijk."

De Marokkaanse ambassade laat weten dat As Soennah-huwelijken die niet geregistreerd zijn bij een van de vier consulaten in Nederland 'volstrekt illegaal' zijn. De ambassade verwijst naar de nieuwe Marokkaanse familiewet (Mudawwana), die huwelijken van minderjarigen (nu ook voor meisjes) verbiedt. Ook meisjes moeten minimaal achttien jaar zijn. Polygamie is nog altijd toegestaan, maar aan stringente voorwaarden gebonden. En is in de praktijk, volgens de ambassade, 'praktisch onmogelijk'. Bij de vier consulaten is een rechter werkzaam die gespecialiseerd is in het familierecht. Deze rechter controleert of bij huwelijken en scheidingen aan alle strikte voorwaarden is voldaan en schrijft dan pas akten uit.

NIET LANGER LOYAAL AAN KONING HASSAN II
Aouled Lahcen, die sinds 1988 in Den Haag woont, waarschuwt al jaren voor de radicaliserende invloed van salafistische/wahabistische stromingen in Nederland. En in het bijzonder voor de radicale invloed van de As Soennah-moskee. In een interview in de Haagsche Courant in maart 1997, waarin ook twee andere Marokkanen aan het woord komen over de integratie, zegt hij de situatie van Marokkaanse jongeren somber in te zien. "Ze zullen radicaliseren", waarschuwt hij dan al. "Ze grijpen iets aan waar ze zich mee kunnen identificeren en waartegen ze zich kunnen afzetten. Dat kan in Nederland de islam zijn. Ik vrees dat ze die zullen misbruiken. Dat zie je nu al in Frankrijk."

Bij die radicalisering spelen salafistische geestelijken als Fawaz, Ahmed Salam (aanvankelijk in Eindhoven en nu in Tilburg) en Mahmoud El Shershaby (in Amsterdam) een sleutelrol. Dat die imams ook internationale aspiraties hebben blijkt uit de 'Stichting Islamitisch Comité voor Ahl-Soennah in Europa', die ze gezamenlijk hebben opgericht. En uit het geregelde contact van de imams met de radicale Syrische geestelijke Adnan Aroor. De Syriër bemiddelt bij religieus-ideologische geschillen en komt af en toe naar Nederland, onder andere voor het geven van lezingen in salafistische moskeeën. Aouled Lahcen, die we in september en oktober 2006 uitvoerig spreken, legt uit hoe deze imams in Nederland langzaam een machtsbasis aan het opbouwen zijn. Naar de fundamentalistische stromingen en hun (nationale en internationale) vertakkingen heeft hij veel onderzoek gedaan. Hij werkt aan een boek 'Dichtbij het vuur', dat najaar 2007 moet verschijnen.

Aouled Lahcen gaat terug naar medio jaren tachtig, toen politiek-religieuze leiders vanuit het Midden-Oosten naar Europa trokken om daar asiel aan te vragen. Veelal waren ze verbonden aan de Moslim Broederschap in Egypte en Syrië en werden daar vervolgd. In Nederland kregen ze vooral voet aan de grond in moskeeën - destijds waren het vaak kleine moskeetjes, gehuisvest in provisorische gebouwtjes en garages - die grote moeite hadden met de invloed van de Marokkaanse koning Hassan II. "Vooral Marokkanen van Riffijns-Berberse afkomst kwamen naar Nederland. Die hadden een afschuwelijke geschiedenis achter de rug met Hassan II, die de Berbers categorisch achterstelde", zegt Aouled Lahcen. Er was grote behoefte aan 'onafhankelijke' moskeeën, die hun prioriteiten in Nederland legden en niet in Marokko en die zich niet wensten te schikken naar de politieke boodschap van Hassan II. In Den Haag wist een illegale Marokkaanse gastarbeider, die zichzelf 'dokter' noemde, de rebelse Berbers aan zich te binden. Hij zamelde geld in bij de eerste generatie Marokkaanse gastarbeiders, begon 'een vrije moskee', die aanvankelijk gehuisvest was in een KLM-gebouw en nodigde de Syriër Fawaz Jneid uit om daar te komen prediken. Fawaz begint in 1993 met zijn missiewerk. Tot tevredenheid van zijn Berberse toehoorders fulmineert Fawaz vanaf de preekstoel tegen leiders in Arabische landen en tegen 'onze vijand in Marokko'. Aouled Lahcen: "Pas veel later begint hij zijn pijlen te richten op de Nederlandse politiek en samenleving."

Al snel is duidelijk dat de As Soennah-moskee een radicale richting zal inslaan. De naam die de stichting krijgt 'As-Soennah/Centrum Sjeikh Al Islam IBN Taymia' is volgens Aouled Lahcen 'veelzeggend'. Hij vindt het illustratief dat in de uitgebreide bibliotheek van die moskee geen boeken te vinden zijn van bijvoorbeeld Arkoun of Averroës. Ibn Roesjd Averroës (1126-1198) is een Moorse wijsgeer, oorspronkelijk jurist en arts, die actief was aan het hof van de Almohaden in Marokko, een enclave van gedachtevrijheid in een zeer intolerante omgeving. De Frans-Algerijnse islamoloog Mohammed Arkoun, wil de 'verstening' van de islam in Noord-Afrika en het Arabische schiereiland doorbreken. De liberale professor, die heeft gedoceerd aan diverse internationale universiteiten, pleit voor een islamitisch modernisme en humanisme.
Aouled Lahcen zegt dat Fawaz, El Shershaby en Salam, net als hun Moslimbroeders elders in Europa, een duidelijke strategie volgen. Na eerst een stabiele basis te hebben gelegd, worden de contacten met de eerste generatie gastarbeiders afgebouwd. "Die zien niets in de jihadboodschap." In de tweede fase zijn naar hun identiteit zoekende moslimjongeren doelwit. As Soennah heeft inmiddels een heel actief jongerenbeleid. Er worden Arabische lessen aangeboden en lezingen gehouden. "De jongeren brengen bijna al hun vrije tijd door in de moskee", zegt Aouled Lahcen. "De boodschap van barmhartigheid, de warmte van het broeder- en zusterschap die ze daar treffen, trekt jongeren keihard aan. En Fawaz gebruikt de macht van de Arabische taal. Als je zelf niet sterk in je schoenen staat, imponeren die heftige klassiek Arabische preken. Heb je die drie, vier keer gehoord, dan ben je in zijn ban."

Een soortgelijk proces (in andere Europese landen) beschrijft de Italiaans-Amerikaanse onderzoeker Lorenzo Vidino in zijn artikel 'The Muslim Brotherhood's Conquest of Europe', dat is verschenen in de Middle East Quarterly (winter 2005). "Sinds de vroege jaren zestig zijn leden van de Moslim Broederschap en hun sympathisanten naar Europa getrokken. Ze hebben langzaam, maar gestaag een uitgebreid en goed georganiseerd netwerk opgebouwd van moskeeën, liefdadigheidsinstellingen en islamitische organisaties. (...) Ze presenteren zichzelf als gemiddelde organisaties, maar ze omarmen nog altijd de radicale visie van de Broederschap en onderhouden contacten met terroristen", concludeert Vidino, onderdirecteur van het in Washington gevestigde onderzoeksbureau Investigative Project.

Fawaz slaagt er volgens Aouled Lahcen goed in de Berberse jongeren te indoctrineren. De imam verzet zich tegen het Nederlandse 'assimilatiebeleid', maar injecteert de jongeren zelf met een fundamentalistische Arabische mentaliteit. Die jongeren moeten zich volledig identificeren met de 'Oprechte Voorgangers', die - vermeldt de website - 'tot de drie beste generaties behoorden die ooit hebben bestaan en die door de profeet zijn geprezen'. Gepropageerd worden gedragsregels van 1400 jaar geleden. Moderne afwijkingen (vrouwen die met mannen samenwerken, bijvoorbeeld) zijn niet toegestaan.
In een notitie van de AIVD over 'Saudische invloeden in Nederland', daterend van juni 2004, wordt ook de fundamentalistisch-Arabische assimilatie - aangeduid met de term 'zuivere islam' - genoemd. De dienst schetst dat het salafisme of wahabisme, de officiële Saudische staatsleer, jarenlang via ambassades en liefdadigheidsinstellingen in het buitenland is ondersteund. Nederlandse moskeeën met een onomwonden salafistische signatuur zijn volgens de dienst te vinden in Amsterdam, Den Haag, Tilburg, Eindhoven, Helmond en Breda. Imams die daar prediken komen veelal niet uit Saudi-Arabië. Ze komen volgens de dienst uit Egypte, Syrië, Soedan, Somalië, maar hebben vaak wel in Saudi-Arabië gestudeerd. Fawaz studeerde in Medina en predikte, voordat hij naar Nederland kwam, in de Verenigde Arabische Emiraten.

De AIVD constateert dat in die moskeeën niet openlijk is opgeroepen tot jihad. Maar dat er wel sprake is geweest van preken en gebeden met een jihadistische inslag, die bij toehoorders het beeld kunnen bevestigen dat de islam bedreigd wordt. In de praktijk, aldus de dienst, is dat gevoel vaak bepalend voor de bereidheid in radicale kringen zich daadwerkelijk op het jihadistische pad te begeven.

Na 11 september 2001 en vooral na de uitzending van Nova over de radicale preken hebben de salafistische moskeeën de toon gematigd. De AIVD constateert in 2004 dat die verandering 'vooral het gevolg is van druk van buitenaf', 'zoals publiciteit en het optreden van lokale bestuurders en gematigde moslimorganisaties.' De dienst is er niet zeker van 'dat deze ontwikkeling zich zal doorzetten als deze druk wegvalt'. Hoewel in gesprekken met bronnen in inlichtingenkringen voortdurend de twijfel doorklinkt over de rol van salafistische moskeeën (opstap naar of buffer tegen gewelddadig radicalisme), krijgt in elk geval As Soennah van de Nederlandse overheid steeds weer het voordeel van die twijfel. De moskee krijgt subsidie voor cursussen Nederlands aan vrouwen. Er zijn ook probleemjongeren ondergebracht, die daar taakstraffen mogen uitvoeren. Broeder Faouzi wordt daarover in het blad Perspectief in maart 2005 geïnterviewd. Hij is de 'taakstrafbegeleider'. "Dat een allochtone jongere een taakstraf in zijn eigen sociale omgeving kan uitvoeren is beter", zegt Faouzi. "We maken hen (de probleemjongeren) duidelijk dat ze met behoud van eigen identiteit en religie geen last hoeven te zijn voor de maatschappij. Voor sommige kinderen is het de eerste keer dat zij een stap binnen de moskee zetten. De ouders worden ook gerustgesteld door de plaatsing van hun kind in een moskee. Ze weten dan dat hun kind toch iets van waarden en normen meekrijgt."

Dat zijn dan waarden en normen van salafistische snit. Radicaal, anti-westers, en niet van deze tijd.

Uit: Strijdsters van Allah, radicale moslima’s en het hofstadnetwerk
Janny Groen en Annieke Kranenberg
Meulenhoff 2006, blz. 348-358
Vandaag besteld, morgen in huis

KOOP DAN!

Reaguursels

Dit wil je ook lezen

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.