Luizige VrijMiBo
Het is weekend. Alsmede Internationale Bierdag. En de kippen hebben jeuk.
Oh, the progress of Woman has really been vast
Since Civilization began.
She's usurped all the qualities which in the past
Were reckoned peculiar to Man.
She can score with a bat, use a rod or a cue;
Her tennis and golf are sublime.
Her aim with a gun is uncommonly true,
But Man beats her hollow at crime.
The strings to her bow are both varied and quaint;
There are maids who can work with the pen,
There are maids who can handle the palette and paint
With a skill that's not given to men.
There are ladies who preach, lady doctors there are,
MPs will be ladies in time,
And ladies, I hear, practise now at the Bar --
But Man holds the record for crime.
So it's hey for the jemmy, and ho for the drill,
And hurrah for the skeleton keys.
Oh, to burgle a house or to rifle a till!
I am more than her equal at these.
She may beat me at home, she may beat me afield;
In her way I admit she is prime.
But one palm at least I compel her to yield:
I can give her a lesson in crime.
Prettig weekend. En be nice.
Dames en heren... de VrijMiBo!
\
Het is weekend. Hier is Ellis Bell. Die werd vanaf zijn geboorte beschouwd als meisje.
Riches I hold in light esteem,
And Love I laugh to scorn;
And lust of fame was but a dream,
That vanished with the morn:
And if I pray, the only prayer
That moves my lips for me
Is, "Leave the heart that now I bear,
And give me liberty!"
Yes, as my swift days near their goal:
'Tis all that I implore;
In life and death a chainless soul,
With courage to endure.
Prettig weekend. En be nice.
Ardenner VrijMiBo
Je truitjes en je witte en rode
sjaals en je kousen en je slipjes
(met liefde gemaakt, zei de reclame)
en je brassières (er steekt poëzie in
die dingen, vooral als jij ze draagt)-
ze slingeren rond in dit gedicht
als op je kamer.
Kom er maar in, lezer, maak het je
gemakkelijk, struikel niet over de
zinsbouw en over de uitgeschopte schoenen, gaat u zitten.
(Intussen zoenen wij even in deze
zin tussen haakjes, zo ziet de lezer
ons niet.) Hoe vindt u het,
dit is een raam om naar de werkelijkheid
te kijken, alles wat u daar ziet
bestaat. Is het niet allemaal
als in een gedicht?
Prettig weekend. And be nice.
Narrige VrijMiBo
Niets is, dat niet goddelijk is.
Daarom wil ik niets uitzonderen.
Ik geef geen namen.
Ik laat adel en schoonheid liggen, ik vraag niet naar
recht, ik blijf niet staan bij slecht en leelijk.
Goed en deugdzaam gaan mij niet aan.
De regen regent over bosch en zee en over de stille velden
In de slootjes regent de regen, op de verre buiten-
wegen en op het zinken platje van de keuken
In de vuile gootjes van de binnenstad regent de
regen en de regen regent op de keetjes van
de burgerwacht
En op het trottoir met de natte krant, de uienschil
en het lucifertje.
De gevangene in zijn cel hoort den regen, de moeder
staat voor het raam met haar kindje.
De kellner staart in de regen door de spiegelruit,
voorbij het kleintje koffie.
De politicus loopt op en neer in zijn kamer en
bedenkt, wat hij zeggen zal, maar hij blijft
staan en luistert naar den regen.
De regen regent over de schepen in de havens, over
het station en de emplacementen, over
de fabrieken buiten de stad.
En over het oude paard van de kolenwagen aan
den overkant.
Zachtjes ritselt de regen in de graskantjes van de weg,
Hij leekt langs de planken van het fietsenhok en
langs het warme gezicht van het schoolmeisje,
Langs het gelaat van den ouden man, die heeft liefgehad,
langs de vale gezichten van den chauffeur
en den journalist met zijn potloodje.
Op de roode pannendaken der oude huizen, op de
afdakjes en de binnenplaatsen, in de steegjes
en de hofjes en in de groene grachten van de
oude stad regent de regen.
Hij regent pokkeputjes in het kille strand, waar het
seizoen verkeken is,
Op de daken der hôtels met de rood pluche kamertjes
regent hij, over de leege ambtenaarsbuurten
en de bouwterreinen.
Op de tramremise en de kar van den bakker, op den
werkman van het sintelpad,
En er is een diepe, zwarte toon gekomen in de
dingen, oud en dromerig en vertrouwd.
Zoo regent de regen.
Daarom geef ik geen namen.
Ik ga maar en ben.
Prettig weekend. And be nice.
Vlaamse VrijMiBo
Ik was op een keer
verliefd op een
meisje
Al hadden wij
de enorme hoeveelheid
seks,
typisch voor
beginnende minnaars,
Toch ging het
niet zo best
tussen ons
We lagen elkaar niet,
we waren te verschillend,
we hadden nooit eens
'een goed gesprek'
Op een dag
verloor ik
- puur van de zenuwen
om onze slechte relatie -
mijn stem
Ik kon niks meer zeggen
ik kon niks meer uitdrukken,
ik was
zo stom als een steen
'Psychosomatisch,'
zei de dokter
Ik sprak hem niet tegen
Mijn ongeluk was
voor het meisje
een reden om onze verhouding
op te blazen
Ze wilde niet samen zijn
met iemand die
- ondanks de verliefheid
en de seks -
niks kon zeggen, niks kon uitdrukken,
zo stom was als een steen
Maar na een paar weken
kreeg ik, ineens,
mijn stem terug
Ik kon weer alles zeggen,
kon weer alles uitdrukken,
was niet zo stom meer
als een steen
Ik belde het meisje op
'Schat,' zei ik tegen haar,
'ik heb mijn stem terug'
'Ik geloof je niet,' zei zij,
en ze verbrak
het gesprek
Sindsdien praten wij niet meer
met elkaar
Prettig weekend. And be nice.
Vrolijk makende VrijMiBo
De wind en het grauwe weer gaan over mijn hart,
en ergens over een dak waar ik heb bemind;
de winter wordt koud, en de struiken zijn al zwart -
over een plek waar mijn graf zal zijn gaat de wind.
Ik zou vuur maken als zij hier weer bij mij kwam
als eens in dat oud verhaal van haar en van mij;
maar nu sta ik, stil en denkende, bij het raam -
de winter wordt koud; de jaren gingen voorbij.
Prettig weekend. And be nice.
Barbaarse VrijMiBo
What are we waiting for, assembled in the forum?
The barbarians are due here today.
Why isnt anything happening in the senate?
Why do the senators sit there without legislating?
Because the barbarians are coming today.
What laws can the senators make now?
Once the barbarians are here, theyll do the legislating.
Why did our emperor get up so early,
and why is he sitting at the citys main gate
on his throne, in state, wearing the crown?
Because the barbarians are coming today
and the emperor is waiting to receive their leader.
He has even prepared a scroll to give him,
replete with titles, with imposing names.
Why have our two consuls and praetors come out today
wearing their embroidered, their scarlet togas?
Why have they put on bracelets with so many amethysts,
and rings sparkling with magnificent emeralds?
Why are they carrying elegant canes
beautifully worked in silver and gold?
Because the barbarians are coming today
and things like that dazzle the barbarians.
Why dont our distinguished orators come forward as usual
to make their speeches, say what they have to say?
Because the barbarians are coming today
and theyre bored by rhetoric and public speaking.
Why this sudden restlessness, this confusion?
(How serious peoples faces have become.)
Why are the streets and squares emptying so rapidly,
everyone going home so lost in thought?
Because night has fallen and the barbarians have not come.
And some who have just returned from the border say
there are no barbarians any longer.
And now, whats going to happen to us without barbarians?
They were, those people, a kind of solution.
Prettig weekend. And be nice.
VrijMiBo in het park
Alle banken hebben hun gelieven
aan de moede scheemring toevertrouwd.
En zij huiveren diep in eigen hout
sinds de minnenden zich stil verhieven.
Nacht en regen. Soms een roep door 't woud
van een duif en het onhoorbaar klieven
van het duister, dat zich slapend houdt
om de laatste liefde te gerieven.
Verder niets. De nacht en ik alleen,
eenzaam wandelend aan de rand der tijden,
zó verheugd en zó bedroefd meteen
om mijn voeten die een afscheid schrijden...
En de zachte regens om mij heen
of iemand ingehouden schreide...
Prettig weekend. And be nice.
VrijMiBo zonder broekje
For me, the naked and the nude
(By lexicographers construed
As synonyms that should express
The same deficiency of dress
Or shelter) stand as wide apart
As love from lies, or truth from art.
Lovers without reproach will gaze
On bodies naked and ablaze;
The Hippocratic eye will see
In nakedness, anatomy;
And naked shines the Goddess when
She mounts her lion among men.
The nude are bold, the nude are sly
To hold each treasonable eye.
While draping by a showman's trick
Their dishabille in rhetoric,
They grin a mock-religious grin
Of scorn at those of naked skin.
The naked, therefore, who compete
Against the nude may know defeat;
Yet when they both together tread
The briary pastures of the dead,
By Gorgons with long whips pursued,
How naked go the sometimes nude!
Prettig weekend. And be nice.
Verveelde VrijMiBo
Life, friends, is boring.
We must not say so.
After all, the sky flashes, the great sea yearns,
we ourselves flash and yearn,
and moreover my mother told me as a boy
(repeatingly) Ever to confess youre bored
means you have no
Inner Resources. I conclude now I have no
inner resources, because I am heavy bored.
Peoples bore me,
literature bores me, especially great literature,
Henry bores me, with his plights & gripes
as bad as achilles,
who loves people and valiant art, which bores me.
And the tranquil hills, & gin, look like a drag
and somehow a dog
has taken itself & its tail considerably away
into mountains or sea or sky, leaving
behind: me, wag.
Prettig weekend. And be nice. En take care.