Flatgebouw Nederland (nu met glasvezel)
Zo. Kerstmis.
Wij van het rijke, welvarende Nederland consumeerden ons het hele jaar weer ongans aan iPhones en flatscreens en Thuisbezorgd en yogacoke, want iedereen heeft werk en de economie snort, en het is héérlijk. Het lijkt zo goed te gaan dat we dit jaar zelfs tijd over hadden om het klimaat tot luid bezongen religie te verheffen, waardoor we onszelf tussen al dat overdadige overconsumeren ook nog een goed gemoed van participerend activisme voor een betere wereld kunnen verkopen. Deze drie dagen vieren we de Gretamorfose (©) van 2019 met lange gangen vol rijke spijzen, als aflaat die we als dividend aan onszelf uitkeren. *Burp*
En toch morrelt het, en borrelt het, en krijgen we de vinger er niet op. Hoe kan er zo veel onvrede, chagrijn en diepe ideologische verdeeldheid zijn in een land waar alles goed gaat, iedereen rijk is en we onszelf op deze postzegel van een polderlandje bezig kunnen houden met het woeden van de gehele wereld? Waarom geven we onszelf en ons eigen leven jaar na jaar een dikke voldoende op de schaal van domweg gelukkig maar kunnen we, vrij naar VOC-filosoof Jan-Peter Balkenende, niet gewoon blij zijn met elkaar?
Nou. Omdat het echt niet zo goed lijkt te gaan, allemaal, met het land en het bestuur, de vertegenwoordiging en de ongewisse toekomst. Maar is dat ook niet van alle tijden?
Flatgebouw Nederland
In september 2004 schreef wijlen Pamela Hemelrijk een parabel over Nederland als flatgebouw, met de bevolking als vereniging van eigenaren. Eigenaren, die zich steeds verder gepiepeld en genegeerd wisten door de voorzitters van de VvE. Die steeds hogere bijdragen moesten aftikken, tegen steeds kleiner rendement. Die zich door vriendjespolitiek en politieke en culturele invloeden van buiten genaaid voelden. Die hun statige, soevereine flatgebouw langzaam in een piramidespel zagen veranderen, waarin de top het geld verdeelt en de bodem met de stijgende kosten, de groeiende overlast en het achterstallig onderhoud blijft zitten. En met het groeiende wantrouwen.
Het is een parabel die je over iedere generatie kunt leggen. Altijd zijn er politici die zichzelf boven het volk of buiten de wet plaatsen. Altijd is er beleid dat hapert, zijn er instituten die falen, en worden kostbare fouten of kapitale vergissingen toegedekt tot ze uit het zicht verdwijnen - behalve voor de direct gedupeerden, die te weinig macht, stem of invloed hebben om het hen ongunstig stemmende tij te keren. En altijd zijn er dus mensen ontevreden. Op de valreep van het tweede decennium van de eenentwintigste eeuw lijkt de nieuwste piramide z'n piek te bereiken, en kreunt de onvrede van onderaf misschien wel harder dan ooit. Omhoog invechten wordt voor een groeiende groep steeds moeilijker. Omlaag trappen naar voorgetrokken, maar slecht integrerende en cultureel sterk afwijkende nieuwkomers voor anderen steeds logischer.
#goedemorgen (nee, jij niet, lul)
Nu er overal glasvezel ligt, is het flatgebouw zich opnieuw aan het inrichten. Het afgelopen decennium werd getekend door de opkomst van sociale media, en het grote ongemak dat die met zich mee brachten. Het volk had een korter lijntje dan ooit naar de elite. Tom-Jan en Margriet, poortwachters van de VvE op de hogere verdiepingen, kregen te maken met mensen die vanaf hun galerij terug kunnen praten. Opiniemakers gooien niet alleen maar stenen in de vijver, maar ook wel eens boemerangs in hun eigen gezicht. Cabaretiers worden zelf nu ook regelmatig uitgelachen, de sjieke cultuursector ontdekt dat hun moraal niet de mediaan van de massa is, en de politieke kaste kan zich niet meer verschuilen achter door henzelf gekozen cameramomenten en krantenkolommen, of onder vuistdikke beleidsrapporten uit ondoorzichtige bestuurslagen van anonieme overheidsdiensten.
De burger stelt kritische vragen, krijgt verzonnen antwoorden en ziet in de praktijk met eigen ogen hoe weinig die antwoorden waard zijn, terwijl de afzenders maar blijven stijgen op de ladder des aanziens. Dat heeft zich samengebald in een permanente tirade van twisten op digitale platforms. Beide kampen geven elkaar de schuld. Elite, versus de onverantwoordelijke onderbuik. Volk, versus de volgevreten verraders.
Jouw feiten, tegen mijn feiten.