Feynman en/of Feiten – Doneer een echte donorwet
De affaire met de donorwet laat keurig zien hoe een redelijk initiatief dankzij achterkamertjespolitiek en handjeklap eindigt als een gekortwiekt, nietszeggend en terminaal compromis.
Ik ben donor, ben voorstander van een betere donorwet, maar niet van deze uitnamewet, die onder de streep een drama kan zijn voor patiënten op de wachtlijst.
Toen de wet met marginale meerderheid werd aangenomen stegen direct de nee-registraties. De ja-registraties blijven uit, omdat de illusie werd gewekt dat Nederland nu al een actief donorregistratiesysteem heeft. Per direct twee oorzaken van dalende donaties. Er verandert pas iets in 2020, en dat is een wijziging van "geen keuze” naar "geen bezwaar".
Voorstanders van donatie lezen in "geen bezwaar" een actief donorregistratiesysteem. Tegenstanders lezen het tegenovergestelde. Iedereen gelukkig, en zo werd de wet erdoorheen geloosd. Het schip bereikte de haven, maar wat is er over van het schip en haar lading?
Pia Dijkstra heeft op het laatste moment een wijziging op de donorwet ingediend om daarmee een compromis in de Kamer te krijgen. Alleen is "geen bezwaar" ipv "ja" niet een detail (bijvoorbeeld twee of drie herinneringsbrieven sturen), maar raakt het een kernmechanisme van de wet, en dan precies het mechanisme dat het overgrote deel van de bevolking gaat raken.
Rijksoverheid legt heel nonchalant uit wat er zo ontzettend eng is aan de nieuwe donorwet
De doodenge donorwet van D'66 werd gisteren verrassend aangenomen. Hoewel, verrassend? Het ministerie van Lijfeigenen&Orgaanroof Volksgezondheid had al een complete campagne klaar staan. Overal duiken donorwetbanners op. En een website.
In de nieuwe donorwet wordt iemand die geen keuze in het Donorregister heeft vastgelegd, automatisch geregistreerd met ‘geen bezwaar’. Het staat er echt. Gortdroog. Wie zich niet afmeldt, wil donor zijn. Maar 'niet afmelden' is pertinent niet hetzelfde als 'geen bezwaar', zoals 'niet kiezen' voorheen ook nooit een bewijs was dat je géén donor wilde zijn. Misschien wilde je er gewoon helemaal niet over nadenken, en dat is je goed recht. Een recht dat nu is afgenomen en er is geen constitutioneel hof in Nederland dat op de rem kan trappen nu alle burgers zijn overgeleverd aan de grondwetverbranding door D'66.
Kan VWS wel een bannercampagne lanceren. Maar als het al die jaren hiervoor niet lukte om genoeg mensen te bereiken met de vraag of ze donor wilden worden, hoe garandeert de overheid dan dat ze nu alle burgers gaan bereiken om te vertellen dat ze 'geen bezwaar' hebben tegen orgaandonatie zolang ze zich niet laten horen? Dat gaat de overheid dus *nooit* lukken. Never. Jamais. NIEMALS. Garantie krijg je immers alleen op stofzuigers.
Dat is de fundamentele fout in deze wet: de overheid negeert zelfbeschikking en bepaalt vooraf voor jou wat je wil, ook als je helemaal niet weet of je dat wel wilt. Zelfs op een vakantievlucht naar Spanje heb je meer keuze in de vraag 'kip of pasta' dan hoe de Rijksoverheid met de fysieke integriteit van je lichaamsonderdelen en geestelijkex zelfbeschikking omgaat. Draai het eens om. 'Wie zich niet aanmeldt bij de Belastingdienst, hoeft geen belasting te betalen.' Werkt niet hè? De enige échte zelfbeschikkende keuze die Pia Dijkstra de burger nu laat, is jezelf afmelden als donor. De ADR gaat in 2020 in. Maar we voorspellen nu al dat honderdduizenden burgers nooit zullen weten of beseffen dat ze een eigen keuze over hun meest kostbare bezit moeten maken, als ze niet willen dat de donortotalitaire overheid het voor hen doet.
De donorwet van D'66 is de progressieve dictatuur van de goede bedoelingen.
SENAAT NEEMT DOODENGE DONORWET AAN
Zelfs de Grondwet is niet meer heilig door doodeng D'66 en de rest van het partijkartel. De Senaat stemt in met de donorwet. 38-36. Al uw organen zijn staatsbezit.
Wie zich niet uitschrijft uit het donorregister, is voortaan automatisch orgaandonor. Fuck grondwettelijke zelfbeschikking, schijt aan de integriteit van het eigen lijf, D'66 haat het plebs en heiligt de progressie van de piëteit. En de vakantiegangers van de Senaat zijn er mee akkoord gegaan. Platbranden dat pand en vervangen door een Constitutioneel Hof, we roepen het al jaren. En hoe Pia Dijkstra kan garanderen dat ze aan 100% van de getroffen burgers gaat vertellen dat het voortaan zo werkt? Boeiuh, garantie geef je alleen op stofzuigers. Je organen uit overheidshanden houden doe je op donorregister.nl.
Empathie in het donordebat is als het dode jongetje op het strand: een vals argument
Actieve donorregistratie op basis van een opt-out systeem dat van iedereen een 'ja, tenzij' donor maakt, raakt aan diepe en goed verankerde fundamenten van onze liberale grondwet. Maar het debat wordt verziekt door anekdotes en empathie.
De Staat mag haar burgers niet als lijfeigenen beschouwen en dat doet de ADR van Dijkstra wél, omdat er van burgers een actieve handeling verlangd wordt om niet automatisch orgaandonor te zijn, in plaats van een handeling om het wel te worden. Daarmee is de fysieke integriteit van de burger geen staatsvrij gebied meer en dat druist in tegen de liberale principes waar onze rechtsstaat op gebouwd is: de burger is vrij, de Staat niet zijn bezitter.
In de praktijk wordt door D'66 te weinig rekenschap afgelegd voor de effecten van actieve donorregistratie op een grote groep onverschillige, laaggeletterde en/of teruggetrokken levende burgers. Dat nog los van de misschien nog wel grotere groep van mensen die überhaupt niet eens na wil denken over orgaandonatie, of er simpelweg in de strijd tussen hart en hoofd, tussen geweten en principes, niet goed uit komt en daarom een besluit uitstelt. Al die mensen worden wat D'66 betreft gedwongen om toch een keuze te maken. Sommigen voorstanders noemen dat juist een vorm van zelfbeschikking. Los van de vraag of je mensen mag dwingen om over iets na te denken, is een gedwongen keuze over zelfbeschikking überhaupt in vrijheid te maken?
De hartkleppen van Henry the Hoover
Het informeren van alle burgers dat ze 'ja, tenzij'-donor zijn geworden als de wet wordt aangenomen, is eveneens een onmogelijke opgave. Als het de overheid in de wervingscampagnes voor pro-actieve donorregistratie al niet lukt om voldoende mensen te bereiken, hoe lukt dat dan andersom wel? Zeker met de kennis in het achterhoofd dat - volgens Dijktra - nu ook al 60% van de burgers bereid schijnen te zijn om donor te worden, maar hun aantal niet terugkomt in de registratie. Hoe kun je dan garanderen dat de 40% burgers die kennelijk geen donor willen zijn, zich allemaal zullen verwittigen van het feit dat ze zélf actie moeten ondernemen om hun donorregistratie op "Nee" te zetten, en dat de overheid tot die tijd voor hen bepaald heeft dat het een "Ja" is? Precies, dat kun je niet garanderen - en Dijkstra schoot daarin ernstig arrogant van het padje door te verklaren dat je 'alleen op stofzuigers 100% garantie krijgt'.
Hallo mevrouw Dijkstra, het gaat hier over de fysieke én geestelijke integriteit van de levens van mensen met staatsrechtelijke zelfbeschikking. Niet over Henry the fucking Hoover. Maar het Kamerlid erkent dus op voorhand al dat het de Staat nooit zal lukken om iedereen te bereiken - en dat is dan dikke vette jammer voor mensen die ineens buiten hun eigen medeweten als donor zijn geoormerkt door de overheid. Hadden ze maar een stofzuiger moeten kopen, of zo. En wie zwijgt, stemt toe volgens Pia Dijkstra - ook al zo'n uitspraak die van abjecte arrogantie getuigt, als ook van een onbegrip van de grondwettelijke principes waar zij met haar ADR de bijl aan zet.
NPO als herder van de morele kudde
Hoewel de Senaat zich star opstelt, heeft Dijkstra wel de media mee. In de publieke opinie is het allang een uitgemaakte zaak: donor worden is de nieuwe burgerplicht. De NPO wakkert die morele groepsdruk graag even aan in nieuws- en actualiteitenprogramma's. Bij DWDD kwam daags voor het Senaatsdebat het tranentrekkende pleidooi van de onvermijdelijke anekdotische patiënt aan bod, inclusief onvermijdelijke Patrick 'Donorshow' Lodiers. Bij 2DOC (ook BNNVARA) werd - misschien nog wel vileiner - gesuggereerd dat de actieve staatswerving van meer donoren in Nederland de orgaanhandel in India zou kunnen stuiten. Tweemaal een gotspe.
Ook op social media hebben voorstanders van Dijkstra's donorwet het stiltecoupésticker-effect ontdekt. Ineens meent iedereen iets te zeggen te hebben over jouw organen en jouw afwegingen. Wat een bijzondere gift was, de schenking van een orgaan, is plots een soort gegeven paard geworden. Grondwettelijke principes, de onmogelijkheid van het bereiken van 100% van de volwassen burgerbevolking, serieuze ethische, liberale en rechtstatelijke vragen over het staatsvrije zelfbeschikkingsrecht van de vrije burger stuiten op onbegrip bij veel mensen, maar niemand is te lui voor een makkelijk moreel standpunt dat met de bemoedigende ruggesteun van de groepsdruk geprojecteerd wordt op critici: 'Tegen actief donorschap? Kille egoïst!' Niet zelden worden zulke verwensingen van mensen die wél willen dat van alle burgers pro-actief een broedmachine voor organen wordt gemaakt, gevolgd door de behoorlijk koddige contradictie "Dan ook níet ontvangen!" Machtswellust zit in in iedereen, kan plots van diep komen, en uit zich bijna altijd als frustratie.
De valse troefkaart van de empathie
Het hele onderwerp wordt - geheel in de geest van de tijd - zo verdomd empathisch opgedrongen. Het gaat, aan de hand van anekdotes, louter over warme gevoelszaken als lijden, liefde en leven en daarbij staan koude marmeren principes alleen maar in de weg. In de publieke opinie is de nieuwe donorwet inmiddels het aangespoelde jongetje Aylan op het strand geworden. In zijn geval was het mantra 'Als je tegen massamigratie bent, ben je dus vóór dode kinderen die gered hadden kunnen worden. Onmens!' En zo werkt het nu met de donorwet ook: 'Als je tegen actieve registratie bent, ben je dus vóór meer dode mensen die gered hadden kunnen worden. Onmens!'
Dat is helemaal niet de kwestie. Natuurlijk is 'hoe meer donoren, hoe beter' het beste streven. En het tekort is triest. Maar waar nog niet alle opties tot donorwerving zijn uitgeput (laat staan goed zijn beproefd - waarom krijgen burgers niet standaard een donorformuliertje onder ogen als ze paspoort of rijbewijs verlengen?), is de actieve registratiewens van Dijkstra een bijna wanhopige laatste noodgreep die uiteindelijk meer kost dan ze oplevert. Maar ja: de kosten zijn gemaakt van koud marmer dat is ingebed in de zompige bodem van een muffige grondwet, en de opbrengsten bestaan uit hartverwarmende (en uiterst mediagenieke) anekdotes van onverwachte overlevers. Instant gratification versus mogelijke schade op lange termijn: als we als mens geleerd hadden ons daartegen te verzetten, zou niemand nog roken of drinken.
150 doden wegen minder zwaar dan de vrijheid van alle burgers
Toch is het donorvraagstuk geen kortetermijnkick, maar primair een fundamentele kwestie van grondrechten, bestuursethiek, verhoudingen tussen burger en staat, en diepgewortelde liberale fundamenten over vrijheid, zelfbeschikking en lichamelijke integriteit. Ingewikkeld, stoffig en ja, ook een beetje kil. Zoals dat hoort met dergelijke kwesties, waarin de emoties van de anekdote een ondergeschikte rol moeten spelen aan het ongrijpbare principe van de vrijheid, om zodoende tot de meest zuivere afwegingen te komen.
De inherente contradictie waarmee dit pleidooi vervolgens enkel kan worden besloten, is middels een smeekbede die helaas ook bijna louter als emotie kan worden uitgelegd:
Laat de groepsdruk van de empathie alsjeblieft nooit leidend zijn bij een besluit dat op emotieloze gronden moet worden genomen. Het gaat niet om het redden van 150 mensenlevens per jaar, maar om het grondrecht van alle burgers om met rust gelaten te worden door de Staat. Het recht van alle vrije burgers in Nederland om niet te hoeven kiezen, weegt écht zwaarder dan 150 doden door een tekort aan donororganen.
Dan maar een onmens.
Pia Dijkstra tegen verbijsterde Senaat: 'Garanties bij de donorwet? Die krijg je alleen op stofzuigers'
Orgaanhandelaar Pia Dijkstra (D'66) had het zwaar in de Eerste Kamer dinsdag. Haar verdediging van de donorwet stuitte op veel weerstand en vragen bij de senatoren. Zo veel, dat het debat volgende week verder gaat en de stemming een week is uitgesteld.
Laten we vooropstellen: in een aantal zaken rond orgaandonatie heeft Pia Dijkstra volkomen gelijk. Er zijn te weinig donoren, er zijn te veel patiënten die op nieuwe onderdelen wachten en het hele transplantatietraject kent vele verhalen van verdriet en verlies wanneer er geen nieuwe longen, nieren of hartkleppen kunnen worden gevonden. Maar de oplossing die D'66 voor staat, is een ongrondwettelijke inbreuk op de lichamelijke integriteit en de wilsbeschikking van alle Nederlandse staatsburgers.
Juist op dat onderdeel - Artikel 11 Grondwet - wist ze haar verhaal niet goed te onderbouwen. Toen er garanties gevraagd werden op goede en begrijpelijke voorlichting die alle burgers bereikt, was haar antwoord dat je 'alleen op stofzuigers 100% garantie krijgt'. Ook verwarde ze het uitblijven van een reactie van een burger op zijn of haar actieve donorregistratie door de overheid met automatische instemming, terwijl dat absoluut niet zomaar aangenomen kan worden. Beide zaken vielen verkeerd en de toch al niet positieve Senaat reageerde gepikeerd.
SGP-senator Van Dijk, fijntjes zoals alleen SGP'ers dat kunnen: "Ik kan het toch niet laten. Ik heb in mijn bijdrage even minister Borst aangehaald, en ik wil u zeker niet met haar woorden om de oren slaan, maar het grote verschil tussen haar inbreng toen en die van u nu is wat mij betreft enorm. Zij erkende juist het stukje staatsvrije sfeer, dus dat er een stukje persoonlijke vrijheid is, een eigen verantwoordelijkheid, waar de overheid niet in treedt, zeker als het gaat om zoiets persoonlijks als het doneren van je organen. Dat moet een eigen, zelfstandige keuze zijn. Juist daarom — en dat zijn niet mijn woorden, maar dat is een citaat — had zij principiële bezwaren tegen de Actieve Donorregistratie. Ik mis bij u het besef dat, ook als het gaat om klassieke grondrechten, wat juist kenmerkend is voor de liberale stromingen, we echt zuinig moeten zijn op dat stukje staatsvrije sfeer."
Er moet een brief met nadere toelichting van Dijkstra komen, en volgende week wordt het Kamerlid opnieuw aan de tand gevoeld in de Chambre de réflexion (die zich inderdaad niet politiek, maar zeer inhoudelijk reflectief gedroeg ten aanzien van de donorwet). De stemming over de nieuwe Actieve Donor Registratie (ADR) is van 6 naar 13 februari doorgeschoven.
Video met pijnpunt hieronder, stukje transcript na de breek, hele verslag hier. Cartoon: Coontje.
'Garantie geef je op stofzuigers'
Mevrouw Nooren (PvdA):
Even voor de zuiverheid van het debat: hoor ik de initiatiefneemster nu zeggen dat op het moment dat mensen geen bezwaar hebben, zij dat beschouwt als stilzwijgende toestemming?
Mevrouw Pia Dijkstra:
Ja.
Mevrouw Nooren (PvdA):
Realiseert de initiatiefneemster zich dat we dat eigenlijk niet weten? We weten alleen dat mensen hun bezwaar niet geuit hebben. Is geen bezwaar geuit voor u gelijk aan stilzwijgende toestemming?
Mevrouw Pia Dijkstra:
Ja, vooral omdat de ruggengraat van dit wetsvoorstel — ik kom daar nog heel uitgebreid op terug — is dat iedereen weet wat de consequentie van niet registreren is. Dat betekent dus dat we inderdaad alle inspanningen erop moeten richten om — 100% kan je het nooit garanderen — zo veel mogelijk mensen hierin mee te nemen. Als de consequenties bekend zijn en je maakt dan nog geen bezwaar, is dat inderdaad een vorm van stilzwijgende toestemming.
Mevrouw Nooren (PvdA):
Mag ik het dan iets praktischer maken? U zegt: belangrijk is om daarvan te kunnen bespreken dat mensen allemaal weloverwogen een keuze hebben gemaakt om hun keuze niet vast te leggen. Kunt u daar dan de consequentie aan verbinden dat dat pas zo is als we zeker weten, of bijna zeker weten, dat iedereen in Nederland, van die 7,6 miljoen mensen die tot nu toe hun wil niet hebben vastgelegd, een weloverwogen keuze hebben gemaakt? En daar komt natuurlijk meteen de vraag achteraan: hoe weet u dat dan?
Mevrouw Pia Dijkstra:
Je kan natuurlijk nooit zeggen dat je van 7,6 miljoen mensen, van elk individu, precies weet wat de afweging is. Wat je wel kunt regelen, is dat mensen weten wat de consequenties zijn van het niet-registreren. Daar moeten we dus alles op inzetten. Dat vind ik heel erg belangrijk. Ik heb ook al aandacht besteed aan de transparantie die bij dit wetsvoorstel veel groter is dan bij de huidige wet. Daar moeten we alles op alles zetten.
Mevrouw Nooren (PvdA):
Ik ben het van harte met de initiatiefneemster eens dat we alles op alles moeten zetten om mensen zich als potentiële donor te laten registreren. Laat daar geen misverstand over bestaan. Maar voor ons is de groep waarvan we het niet weten belangrijk. Mijn fractie vindt het dan ver gaan als u zegt: dat is stilzwijgende toestemming.
Mevrouw Martens (CDA):
Even over het punt dat we alles op alles moeten zetten om mensen goed te informeren. Dat is zeker het geval; tot nu toe is ook alles op alles gezet om zo veel mogelijk donoren te krijgen. Maar er rest nog heel veel om te doen, heel veel is ook nog niet gedaan. Heel veel mensen weten er ook nog niet van. Over alles op alles zetten, zegt de regering, omdat het natuurlijk ook gaat over de wilsonbekwamen en de niet- en laaggeletterden, daar eigenlijk nog geen ervaring mee te hebben. Dus wij kunnen op dit moment ook niet waarborgen dat ons dat lukt. Hoe kijkt de initiatiefneemster daartegen aan? Welke garanties heeft zij dat het ook gaat lukken? Alle 7 miljoen is misschien wat veel gevraagd, maar toch voor een heel groot en substantieel deel van die mensen geldt: hoe gaat dat? Daar is nog geen ervaring mee.
Mevrouw Pia Dijkstra:
De ambtsvoorganger van de huidige minister zei altijd: garantie geef je op stofzuigers. Het is natuurlijk niet mogelijk om dat 100% te garanderen. Dat is uitgesloten. Dat kun je op geen enkele manier. Maar je kan wel op een gegeven moment nagaan of de kennis bij bepaalde groepen, waarvan we nu verwachten dat die daar moeilijk zal landen, wel goed landt en mensen dat wel begrijpen.
Mevrouw Martens (CDA):
Maar hoe gaat u dat dan checken? Want dat is dan cruciaal.
Mevrouw Pia Dijkstra:
Dat is een uitvoeringskwestie. Daar zal de minister op in moeten gaan.
Mevrouw Martens (CDA):
Dus dat is nog niet bekend?
Mevrouw Pia Dijkstra:
Dat is nog niet bekend, nee. Dan zal er eerst geëvalueerd moeten worden. Bij de evaluatie en de onderzoeken die plaatsvinden, zul je moeten kijken aan welke criteria dat moet voldoen en of dat ook wordt gehaald. Ik kom daar later in mijn betoog nog op terug.
De heer Kuiper (ChristenUnie):
Mevrouw Dijkstra was bij artikel 11 van de Grondwet en de onaantastbaarheid van het lichaam. Ik heb een vraag straks aan de minister, maar omdat u dit nu aanstipt, wil ik die ook aan u stellen. Het grondrecht op onaantastbaarheid van het lichaam is een afweerrecht. Dat werd net al even genoemd. De overheid moet daarbuiten blijven. Hoe kan het nu dat, als mensen niets doen en als vervolgens ook onbekend is met welk motief zij onder de rubriek "geen bezwaar" staan — dus ze doen eigenlijk helemaal niets — ze dat afweerrecht eigenlijk kwijt zijn? De overheid komt dan wel degelijk in de levenssfeer van mensen. Kunt u daar eens op ingaan?
Mevrouw Pia Dijkstra:
Het is misschien goed om nog een keer te herhalen dat toen de huidige Wet op de orgaandonatie tot stand kwam, ook al is aangegeven dat een opt-outsysteem, zoals in het ADR-systeem wordt voorgesteld, binnen die wetgeving zou kunnen passen. Er is toen een hele discussie geweest of je dat moest doen. Daar zullen we nu niet verder op ingaan. Maar ik vind het wel belangrijk om ook hier weer aan te geven dat met de regeling waarover het gaat en die maakt dat dit voldoet aan de criteria die ook door de Raad van State worden gesteld, er sprake is van niet alleen een belang voor de mensen die op dit moment op de wachtlijst staan voor een donororgaan, maar dat het van algemeen belang is, of zelfs voor ieder individu van eigen belang. Ik zei al in mijn inleiding dat iedereen op enig moment in zijn leven te maken kan krijgen met orgaanfalen. De ervaring leert dan ook dat mensen graag in aanmerking komen voor een nieuw orgaan. Dus het belang van het beschikbaar komen van donororganen en de rol van artikel 11 van de Grondwet daarin, is dat het gaat om een algemeen belang. En de noodzakelijkheid wordt daarmee ook duidelijk. Ik hoop dat ik daarmee uw vraag voldoende heb beantwoord.
De heer Kuiper (ChristenUnie):
Ik begrijp van mevrouw Dijkstra natuurlijk wel dat zij dit gaat wegen in het licht van het algemeen belang. Ik weet ook dat als je artikel 11 zegt, artikel 22 ook wordt genoemd. Maar het gaat mij om de aard van dat grondrecht. Als burgers van dit land zijn we in het bezit daarvan en we hoeven er niets voor te doen om daar ten volle gebruik van te maken. Maar nu is het zo dat als je niets doet, dus niet reageert op de brieven, je bij "geen bezwaar" komt. We weten niet of dat een bewuste of onbewuste actie is van mensen. Maar dan zijn ze dus dat afweerrecht kwijt. Ik zou gewoon willen weten — ik hoop dat de minister daar ook op ingaat — of dat eigenlijk wel kan, of dit juridisch deugt.
Mevrouw Pia Dijkstra:
Ik heb mijn antwoord gegeven. Het is aan de minister om daar verder op in te gaan. De heer Kuiper noemde ook al even artikel 22. Het belang van het beschikbaar komen van meer donororganen wordt natuurlijk ook door de Grondwet beschermd en wel door artikel 22, waarin aan de overheid de plicht wordt opgelegd om maatregelen te treffen ter bevordering van de volksgezondheid. Dat neemt overigens niet weg dat wettelijke regels, die een inbreuk op het recht op onaantastbaarheid van het lichaam met zich mee kunnen brengen, geschikt moeten zijn — ik zeg het toch nog maar een keer — om het doel te bereiken, en niet verder mogen gaan dan daarvoor noodzakelijk is. Mijn standpunt is dan ook dat als de huidige wet wordt gewijzigd met het nu voorliggende wetsvoorstel, nog steeds aan deze criteria zal worden voldaan en eigenlijk steeds beter, want in de huidige wet nemen de nabestaanden een grotere plaats in. Ook dat kan goed gerechtvaardigd worden door het belang van het beschikbaar komen van meer donororganen, maar het is geen zelfbeschikking.
De heer Diederik van Dijk (SGP):
Ik kan het toch niet laten. Ik heb in mijn bijdrage even minister Borst aangehaald, en ik wil u zeker niet met haar woorden om de oren slaan, maar het grote verschil tussen haar inbreng toen en die van u nu is wat mij betreft enorm. Zij erkende juist het stukje staatsvrije sfeer, dus dat er een stukje persoonlijke vrijheid is, een eigen verantwoordelijkheid, waar de overheid niet in treedt, zeker als het gaat om zoiets persoonlijks als het doneren van je organen. Dat moet een eigen, zelfstandige keuze zijn. Juist daarom — en dat zijn niet mijn woorden, maar dat is een citaat — had zij principiële bezwaren tegen de Actieve Donorregistratie. Ik mis bij u het besef dat, ook als het gaat om klassieke grondrechten, wat juist kenmerkend is voor de liberale stromingen, we echt zuinig moeten zijn op dat stukje staatsvrije sfeer.
Mevrouw Pia Dijkstra:
Ik heb dit natuurlijk met belangstelling beluisterd en ik weet ook hoe mevrouw Borst, de toenmalige minister, daarover indertijd gesproken heeft. Dat is natuurlijk ook in de Handelingen opgenomen. Ik heb haar de laatste jaren van haar leven, nu bijna twintig jaar later maar ze nu alweer een paar jaar geleden overleden, veel gesproken, ook over deze wetswijziging. Zij gaf aan dat in die lange periode die daaroverheen is gegaan, niet het resultaat is bereikt dat men wilde en dat zij de optie om nu de wet te wijzigen, steunde. Dat is wat ik u kan vertellen.
De heer Diederik van Dijk (SGP):
Daar neem ik kennis van. U kent uiteraard wijlen mevrouw Borst veel beter dan ik, dus daar gaat het niet over. In ieder geval wil ik er de vinger op leggen dat wat toen werd gezegd, ook door de regering, dat ik die noties eerlijk gezegd nu wel mis in uw beantwoording. Maar goed, u gaat nog verder begrijp ik.
Mevrouw Pia Dijkstra:
Ik ga nog verder en ik kom hier ook nog op terug.
Mevrouw Nooren (PvdA):
Ik denk dat we Kamerbreed het doel, het werven van potentiële donoren, delen. Maar ik wil de initiatiefneemster toch uitdagen om in zorgvuldigheid te spreken over mensen waarbij er inbreuk is op artikel 11 van de Grondwet. En dat het echt wat uitmaakt of er sprake is van mensen die geen bezwaar geuit hebben en het veronderstellen dat het dan ineens stilzwijgende toestemming heeft, omdat dat toch een andere indruk heeft in de inbreuk op artikel 11 dan dat je constateert dat mensen hun bezwaar niet geuit hebben.
Mevrouw Pia Dijkstra:
Ik probeer even goed te proeven wat u daarmee bedoelt, mevrouw Nooren. U zegt: je mag het niet als een actieve registratie beschouwen. Dat is natuurlijk ook niet zo, want mensen registreren zich niet. Maar juist doordat mensen op de hoogte zijn van de consequenties van het niet-registreren, mag je dat "geen bezwaar" beschouwen als een uiting van: ik heb er geen bezwaar tegen om als orgaandonor geregistreerd te zijn.
Mevrouw Nooren (PvdA):
Zelfs in uw eigen initiatiefwet bent u zorgvuldig in uw taal en schrijft u: geen bezwaar. U schrijft niet: stilzwijgende toestemming. Dat waardeer ik zeer, want dat geeft meer aan wat het is: er is geen bezwaar en er is geen stilzwijgende toestemming. Daarin zit de veronderstelling die u in een tussenzin zegt: dat mensen goed geïnformeerd zijn. Maar we weten dat niet. We weten niet wat er in die situatie aan de hand is. In dat licht proberen we hier met elkaar een belangenafweging te maken. Hebben we zorgvuldig gehandeld? Is de voorlichting op orde? Wat mogen nabestaanden doen? Zomaar roepen dat dat stilzwijgende toestemming is, vindt mijn fractie heel ver gaan.
Mevrouw Pia Dijkstra:
Dat begrijp ik en spreken van het zomaar roepen dat er stilzwijgende toestemming is, is ook niet helemaal terecht. Dat roep ik niet zomaar. Wat we natuurlijk wel regelen in dit wetsvoorstel, is dat er ofwel een actieve ja geregistreerd is of dat er staat dat er geen bezwaar is gemaakt. En er is natuurlijk altijd de rol, en daar komen we ook nog uitvoerig op terug, van de nabestaanden, als zij aannemelijk maken dat er geen sprake is geweest van een op de hoogte zijn van de betekenis van die consequenties, als zij dat kunnen uitleggen.
Mevrouw Martens (CDA):
Mag ik nog even wat vragen naar aanleiding van artikel 11? De Raad van State heeft gezegd, en zo is het ook: je mag een inbreuk plegen op artikel 11 als die voldoet aan de criteria noodzaak, proportionaliteit en subsidiariteit. Dat zei initiatiefneemster ook. Maar toen kwam er een tussenzin. De initiatiefneemster legde uit over de noodzaak. Daar heb ik in deze Kamer eigenlijk geen misverstand over gehoord. Maar de conclusie leek al getrokken te worden dat er daarmee ook geen probleem zou zijn. Ik denk dat het een heel snelle conclusie zou zijn dat daarmee geen inbreuk zou zijn op artikel 11, omdat dat juist vraagt om aan al die criteria te voldoen. Alleen ten aanzien van het eerste, noodzaak, is geen misverstand. Het is aan ons om verder te bepalen of aan al die andere criteria ook in voldoende mate voldaan is. Dus de conclusie dat het automatisch daarmee voldoet, klonk mij erg snel in de oren.
VOLLEDIG TRANSCRIPT: HIERRR.