Europese Patriotten - Het Portugese Madurodam van dictator Salazar
Aflevering 2 van onze nieuwe Europese serie INCLUSIEF TWEE PODCASTS!
Wie naar de wortels van patriottisme zoekt, komt al snel terecht bij de volksaard van een land. Volksaard lijkt me niet zo’n woke begrip. Ik ging even googelen en kwam meteen terecht bij Trouw, fout na de oorlog. De titel van het pamflet spreekt boekdelen: Weg met de term volksaard.
Gijs Moes: “Volksaard leek een wat belegen begrip geworden, neigde het zelfs niet naar racisme? Het klonk naar de negentiende eeuw, toen westerlingen in verre landen optekenden welke vreemde volkeren daar woonden, om in een moeite door hun land te koloniseren. Als de volksaard aan bod kwam, was de schedelmeting niet ver meer. In de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw, met de opkomst van het fascisme, beleefde de volksaard zijn hoogtijdagen. Na de oorlog werd het een dubieus begrip en in de progressieve tijdgeest van de jaren zestig en zeventig leek het in het vergeetboek terechtgekomen. Alleen in borrelpraat stak het de kop op, met flauwe grappen over Belgen of Duitsers. Soms, met wat jaloezie, over levensgenietende Grieken of Italianen.”
Ach, WEF-cheerleader Maxima zei precies hetzelfde in haar babbeltje bij de presentatie van het WRR-rapport Identificatie met Nederland, in 2007.
“De Nederlandse identiteit? Nee, die heb ik niet gevonden. Nederland is: grote ramen zonder gordijnen, zodat iedereen goed naar binnen kan kijken. Maar ook: hechten aan privacy en gezelligheid. Nederland is: één koekje bij de thee. Maar ook: enorme gastvrijheid en warmte. Nederland is: nuchterheid en beheersing. Pragmatisme. Maar ook: samen intense emoties beleven.”
Nee, dan de Nederlands-Portugese schrijver José Rentes de Carvalho in het nog steeds actuele meesterwerkje Waar die andere God woont:
'Het Nederlands karakter is een mengelmoes van evenredige porties onvervalste trots, huis-tuin-en-keukenfilosofie en een argeloosheid die elders in verband gebracht wordt met zwakzinnigheid. De Nederlander vertoont een samengaan van naïviteit en verwaandheid; een menging van twee karaktertrekken die, als ze tegelijkertijd aan de oppervlakte komen, een rampzalig en onhandig mens van hem maken.' Ook een vrij dodelijk boek over de Nederlandse volksaard is Een reservaat van pekelharingen. Nederlandse schrijvers over hun vaderland.
Rentes de Carvalho vluchtte voor Salazar naar Nederland, waar hij samen met August Willemsen Portugese taal- en letterkunde doceerde aan de Universiteit van Amsterdam. In 1975, nog geen jaar na de Portugese Anjerrevolutie, schreef Rentes de Carvalho 'Portugal, de bloem en de sikkel, een vernietigende beschouwing over de overal in Europa juichend ontvangen machtswisseling. Het is een van mijn lievelingsboeken over Portugal. Hier een prima recensie.
"De auteur kreeg veel kritiek. Menigeen wierp zijn spot ver van zich af: er gebeurde toch iets geweldigs in Portugal? In het land zelf werd zijn boek niet uitgebracht, maar ook in Nederland mocht de roes niet worden verstoord: er verscheen maar één recensie en er werden nog geen vijftig exemplaren verkocht.”
Terug naar de Portugalidade (een van mijn favoriete boeken over Portugezen is trouwens The Portuguese, van Barry Hatton. En dit artikel geeft ook een aardige kijkje in de Portugalidade.) Salazar had bedacht dat het waarachtig patriottisme op een paar zaken gestoeld moest zijn: Fátima, Futebol e Fado, en natuurlijk Deus, pátria e família. Bedevaartsoord Fatima werd door Salazar op geslaagde wijze opgepimpt tot het hart van het Portugese patriottisme.
De grandeur van zijn grote Portugese rijk werd op kleine schaal nagebouwd in Coimbra: Portugal dos Pequenitos. 'Portugal van de Kleintjes' is een bijna zeventig jaar oud attractiepark - ter lering ende vermaak - dat zich laat vergelijken met Madurodam. Good clean fun zoals wij dat in Nederland vroeger hadden in de Bedriegertjes, de Pyramide van Austerlitz en de Westerbouwing. De bedenker en oprichter van het park, Bissaya Barreto, had jarenlang zijn eigen standbeeld met het opschrift Pedófilo. Dat betekende gewoon kindervriend, zonder negatieve connotatie, maar het beeld is toch maar weggehaald na alle schandalen rond knapenschenders in de rooms-katholieke kerk.
Het park is prachtig gelegen aan de Mondego-rivier, op loopafstand van het oude treinstation van Coimbra. De markantste gebouwen uit steden als Porto, Lissabon, Coimbra en streken als de Algarve, de Alentejo zijn er in het klein nagebouwd. Portugal dos Pequenitos met zijn kasteeltjes en torentjes doet denken aan het decor van de Vliegende Fakir in de Efteling.
Er is een enorme op een muur geschilderde wereldkaart met Portugese veroveringen en zeevaarders met namen die op sigarenmerken van vroeger lijken. Portugezen zijn trots op hun geschiedenis. Kom daar in het oikofobe Nederland maar eens om, waar onze nationale geschiedenis herschreven wordt en nu officieel begint met de komst van Sylvana Simons naar ons toch al droevige moederland.
In Portugal dos Pequenitos staan in het gedeelte van de voormalige koloniën levensgrote standbeelden van bewoners van Mozambique, Angola, Guinee-Bissau en wat dies meer zij. Die zijn geestig stereotiep – met kroeshaar, vuurrode lippen en oorringen. In het Afrika Museum in gidsland Nederland is zulks een doodzonde. Onze gids begon een beetje te stotteren toen ik, als advocaat van de duivel, doorvroeg over de beelden. “Zoiets is bij ons in Nederland onmogelijk, beste gids! Tfoe!
Woke is gelukkig totaal niet aan de orde in Portugal - waar de bevolking wel andere zorgen aan de kop heeft - maar het pretpark krijgt soms boze brieven van antifa-achtige clubjes, en een kunstenaar die de beelden wilden filmen kreeg zelfs een filmverbod. Het meest omstreden beeld in het pretpark, een zo goed als naakte persoon van kleur met een speer in een boom, zou afkomstig zijn uit de Portugese Wereldtentoonstelling uit 1940. We kijken even naar de flyer.
In het Afrika Museum in Berg en Dal en in het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in het Belgische Tervuren zouden de beelden van het Portugese pretpark (die associaties oproepen met schattige reclames van Chiquita en Mars) vermoedelijk allang besmeurd zijn door Bij1-achtigen. Het museum in Tervuren kreeg hoog bezoek van een werkgroep van de Verenigde Naties. Weet u nog, Verene Shepherd en Zwarte Piet?
De werkgroep van de VN eiste dat België zich expliciet excuseert voor zijn koloniale verleden in Congo en had ook zware kritiek op het toen net heropende museum. Ze eisten dat het museum “alle aanstootgevende, racistische” beelden die er nog stonden, stante pede zou verwijderen. Guido Gryseels, directeur van het museum reageerde misnoegd: “Ze hebben hier amper een uurtje rondgelopen. Wat betreft die enkele beelden waarop staat dat België de beschaving naar Congo heeft gebracht: ik heb ze met handen en voeten uitgelegd dat die tot het erfgoed behoren, dat we die niet mogen wegdoen, en dat we ze alleen van context kunnen voorzien.”
Ik ben benieuwd of de dappere directeur inmiddels niet overstag is gegaan, begin februari zal ik het museum weer eens bezoeken, na een lange wandeling door de bossen rond Tervuren en een paar pinten in het knusse dorpscentrum.
De queeste naar het patriottisme en de ziel van Portugal vervolg ik met Rob Muntz in Santa Comba Dão. Op 27 juli 1970 overleed António de Oliveira Salazar. Twee jaar eerder was Salazar ten val gekomen in zijn werkvertrek in Estoril. Portugal-kenner René Zwaap: Na die valpartij was de dictator eerder een soort kasplantje, en met kunst- en vliegwerk bewaarde zijn hofhouding de indruk dat de vader des vaderlands nog immer aan het roer van het schip van staat stond. Zo werd hij volgens bronnen binnen het leger in auto’s rondgereden terwijl militairen zijn armen voortbewogen zodat het leek alsof hij wuifde naar de omstanders.
In maart 2007 werd de dictator die bijna 40 jaar aan de macht was, tijdens de door de Portugese Radio en Televisie georganiseerde verkiezingen van de 'Grootste Portugees aller tijden' met 41,0% winnaar gekozen. Alvaro Cunhal, de historische leider van de Communistische Partij, werd tweede. Diplomaat Aristides Sousa Mendes, die duizenden Joden hielp ontsnappen uit nazi-Duitsland, eindigde als derde.
Mijn top drie zou bestaan uit Amália Rodrigues, Fernando Pessoa en Eusébio, maar ik ben dan ook geen Portugees.
Van de grootste Portugees aller tijden zelf zijn maar weinig tastbare herinneringen. De architectuur van de Estado Novo vind je gelukkig nog overal, en Salazars enorme hommage aan de ontdekkingsreizen in Lissabon is gelukkig ook niet gecanceld. Henk Eggens, die in Santa Comba woont, schreef een hilarisch verhaal over het verdwenen standbeeld van Salazar.
“Groot was de schrik in Santa Comba toen op de morgen van 17 februari 1975 het hoofd van het standbeeld van Salazar ontbrak. Onbekenden hadden enkele nachten lang het hoofd stukje bij beetje afgezaagd en meegenomen. Een onbevestigd verhaal luidt dat het stuk standbeeld verwerkt werd in de stuwdam Barragem de Aguieira die in die tijd werd aangelegd. Drie jaren lang stond het standbeeld onthoofd in het centrum van de stad. Het werd beklad, “een boksbal voor revolutionairen”. Een comité bereidde een waardig eerherstel voor van de herinnering aan “hun” Dr. Salazar. Een nieuw hoofd werd gemaakt. Op een dag in 1978 kondigde het comité de plaatsing aan van het hoofd op de rest van het standbeeld. Dit hoofd is er nooit opgezet. In het stadje doen verschillende verklaringen de ronde: Het hoofd zou niet passen, door onzorgvuldig opmeten van de halsomtrek. Waarschijnlijker is de uitleg dat de toenmalige regering het politiek niet haalbaar vond om het standbeeld van de oud-leider weer compleet te maken. De politie nam het hoofd in beslag. De dagen daarop was het erg onrustig in de stad; veel stedelingen voelden zich miskend in hun poging voor de rehabilitatie van “Doutor Salazar”. Na enkele dagen kregen ze nog meer redenen om zich gekwetst te voelen: met behulp van explosieven werd het hele standbeeld opgeblazen.”
Alle standbeelden van de Grootste Portugees aller tijden zijn verdwenen. Wat mij betreft hadden ze van die beelden een park gemaakt, zoals het Grutas-park in het Litouwse Druskininkai. Dat park staat helemaal vol met originele beelden van Lenin, Marx, Stalin, Engels. Er is ook een nagebouwd, behoorlijk macaber strafkamp uit de Goelag Archipel, vol Sovjet-nostalgie.
In 2012 wilde de toenmalige burgemeester van Santa Comba Dão, João Lourenço, een wijn op de markt brengen met de naam Memórias de Salazar. Dat werd een enorm schandaal en de wijn kwam er niet. Het is bizar hoe de grootste Portugees aller tijden krampachtig is verbannen uit het land. Ik ben dan ook benieuwd hoe de patriottische partij Chega denkt over Salazar en zijn Estado Novo.
Met Rob Muntz reisde ik van Coimbra naar Salazars geboortehuis en zijn graf, in het gehucht Vimieiro nabij Santa Comba Dão te bezoeken. Het regende pijpestelen. Het bescheiden geboortehuis zat potdicht, terwijl ik op internet had gelezen dat er een museum in is gevestigd. Ik heb een stuk of zes mails gestuurd naar de initiatiefnemers van het museum, maar zoals verwacht kreeg ik geen enkele reactie. Dat is een typisch Portugese kwaal, consequent niet reageren op emails. Ook Portugezen zelf hebben daar last van, van post en mails die niet beantwoord worden. Ik vrees dat het museum er nooit zal komen.
Salazars graf even verderop lag er nog eenzamer en verlatener bij dan Gerard Reves graf in België. Op zijn geboortedag en sterfdag willen stokoude tias nog wel eens een blommetje leggen op het graf van hun held. Tias zijn tantes. Je ziet ze nog wel eens in theesalons en patisserieën in de grote steden, de vingers geel van het roken, nippend aan een glaasje port en mijmerend over het roemrijke verleden, toen de tantes nog op stand leefden.
In Santa Comba Dão, schitterend gelegen aan de Dão, wilden Robbie en ik lunchen in O Típico, een rustieke tent die behangen is met Salazarabilia. Ik was er al eens en zei tegen de glunderende eigenaar: doe mij maar het lievelingseten van de grootste Portugees aller tijden. Ik kreeg laffe koolsoep en verpieterde sardines: hét feestmaal van Salazar, die leefde als een asceet. Het restaurant was potdicht, de zondvloed was uitgebroken en het werd tijd voor de grote stad. Tijd voor fado!
Reaguursels
Dit wil je ook lezen
Arthur van Amerongen - Moslims zijn niet zielig
Tante Tuur is boos (tevens: Stamcafé)
Arthur van Amerongen - Hoerenman
Soep van de Week, teven Stamcafé
GeenStijl-columnist interviewt GeenStijl-redacteur over overstap naar GeenStijl in het Stamcafé
Wij van GeenStijl vinden GeenStijl ook erg goed
De Bolle Gogh: een bruisende biografie over de Hemelse Roker
De Bolle Gogh is een rollercoaster. De biografie dendert bijna 700 pagina’s onvermoeibaar door, net als het leven van Theo. Ik ben van dezelfde generatie als Theo en het boek is een feest der herkenning voor iedereen die met name de jaren tachtig in het - toen nog - zo lekker gore Amsterdam heeft meegemaakt.
Arthur van Amerongen - Soep van de Week: Eric Smit en Akwasi verklaren de oorlog aan Musk
Nieuw op GeenStijl: Arthur van Amerongen soept door de hete teeks van deze week in zijn nieuwe rubriek Soep van de Week, vandaag tevens ook Stamcafé. Vanaf nu: iedere week!