IJle VrijMiBo
Men noemt het ruischen, maar zijn 't geen stemmen?
En waren 't stemmen, is er dan geen mond
Om één keer te zwijgen in dit beklemmende
Aanzwellen, dat, aanvangverloren, geen einde vond?
De kussen die zij buigende elkaar toedragen
Strijken niet verder, gaan niet naar omlaag, en rustig-koel
Blijven de stammen zonder eenig bindend doel
Hun eeuwig kozende kronen schragen.
Prettig weekend. En be nice.