Grootste winnaar Olympics: de Belastingdienst
Ach ja. In 1913 besteedde de overheid nog een bescheiden 9.1% van het BNP, tegenwoordig meer dan 50%. U staat dus ongeveer tot eind juni voor misdaadsyndicaat Vak K op de katoenplantage te zwoegen, en u heeft geen enkele invloed op hoe dit belastinggeld besteed wordt. In het gesloten Haagse circuit smelten verkiezingsbeloftes immers als vrijheden onder de bi-culturele zon. De fiscus is een beetje de borderline tante die haar nieuwe vriend die ze drie weken kent, perse naar het verjaardagsfeestje van je jongste mee wil nemen. Het feest is over zodra zij d'r hoofd om de hoek steekt, en zuigt als een soort dementor de bezieling en creativiteit uit een kamer. Zelfs ONZE Olympianen worden niet gespaard. "De Belastingdienst pikt een aardig graantje mee van de topprestaties van onze olympische kampioenen. Het prijzengeld dat onder anderen turnster Sanne Wevers en zwemmer Ferry Weertman met hun gouden plak wisten binnen te slepen, gaat voor een groot deel naar de fiscus." Je mag dan nog zo'n uitzonderlijke prestatie hebben geleverd, geef de helft van je prijs maar even hier, want het is heel belangrijk dat dit wordt uitgegeven door mensen die daarvoor doorgeleerd hebben. Misschien is het een troost dat Nederland de grootste netto-betaler aan de EU is. En dat terwijl er al gekort is op het prijzengeld. Voorheen was een gouden plak nog 30K waard, nu nog maar 25K. "Wie zonder enige inspanning op goed geluk de staatsloterij wint, betaalt minder belasting. Kansspelen worden voor 29 procent belast, de inkomsten van onze topsporters hoogstwaarschijnlijk tegen een tarief van tussen de 40 en de 52%." Je zou er toch bijna van met je schoen gooien.