CBS turft voor het eerst 2,7 miljoen LHBTQIA'ers (waarvan slechts 378.000 homoseksuelen?)
Een ferme 18% van de gehele Nederlandse bevolking boven de 15 jaar oud
Hard voor gewerkt maar dan heb je ook wat. Het CBS meldt hedenochtend op Coming Out Day (?) voor het allereerst het aantal LHBTQIA'ers dat Nederland rijk is: 2,7 miljoen mensen, op dat hele kleine stukje dansvloer. Die afkorting staat voor "lesbisch, homoseksueel, bi-plus, transgender, queer, intersekse en aseksueel."
Maar laten we dat enorme aantal even nader specificeren, want er vallen toch een aantal dingen enorm op. Ten eerste: de onderzoeksopzet: de cijfers zijn niet afkomstig uit een onderzoek dat primair gericht was op seksuele oriëntatie, maar uit de Veiligheidsmonitor 2023 over o.a. "veiligheid, leefbaarheid en slachtofferschap van criminaliteit". Daarmee ligt de nadruk veel minder op seksuele oriëntatie en is deze groep respondenten veel representatiever. Puntje voor het CBS. Maar dan.
"Zo telt Nederland 272 duizend homoseksuele mannen en 106 duizend homoseksuele vrouwen." De groep met een bi-plus oriëntatie (mensen die zich aangetrokken voelen tot meer dan één gender) is met 1,7 miljoen mensen de grootste."
Zijn er tegenwoordig echt maar zo weinig 'pure' homoseksuele mannen en vrouwen ja? Kan natuurlijk hè, maakt ons niet uit wie de machinist is, als de trein maar rijdt. Maar vroeger stond die gemeenschap nog ergens voor!
Dit lage aantal laat zich mogelijk verklaren door de vraagstelling en opzet van het CBS-onderzoek: een respondent wordt al ingedeeld als "bi-plus" als deze de seksuele oriëntatie aanmerkt als "vooral op mannen" of "vooral op vrouwen". Ahaaa.
Maar dan, toch even over die wel heel nieuwe modekoepelterm "bi-plus", die ingezet wordt omdat "biseksueel" niet interessant genoeg meer is op Amsterdamse feestjes: "Bi+ is breder dan biseksueel, omdat niet alle bi+ mensen zich biseksueel noemen. Labels die bi+ mensen gebruiken zijn onder andere biseksueel, panseksueel, queer of fluïde. In een nationale enquête noemt 60% van de bi+ respondenten zich biseksueel, ongeveer 17% noemt zich panseksueel en nog eens 17% gebruikt het label queer."
De 'sociale wetenschap' (bestaat niet) beweert dat bi-plus "grotendeels genegeerd wordt in de Nederlandse media". Die bewering geloven we dan weer wel, en wel omdat het volkomen terecht is dat "bi-plus" grotendeels genegeerd wordt. Het is conceptueel, statistisch en historisch namelijk volkomen oninteressant en zou daarom zelfs volkomen, in plaats van slechts grotendeels, genegeerd moeten worden.
Een verdere specificatie van de cijfers luidt: "Naast seksuele oriëntatie is ook gekeken naar hoe men zich voelt op het vlak van gender (genderidentiteit). Naar schatting is 1 procent van de Nederlandse bevolking van 15 jaar of ouder transgender, ofwel 151 duizend personen. Ongeveer 45 duizend van hen hebben een non-binaire/genderqueer (NBGQ) identiteit. Dat betekent dat zij zich niet eenduidig als man of vrouw identificeren."
Opmerkelijk: Nederland telt dus 45.000 meer transgenders dan lesbische vrouwen. En dan nu: deze bindende Nederlandse kijktip over het fenomeen transitiespijt, nieuwe documentaire "Transitiespijt".
Instant Update: 378.000 homo's tegelijk op CBS.nl! "Onze website ligt eruit. We zijn het aan het onderzoeken. Excuses voor het ongemak."