Schokkend
onderzoek (
*) uit Wageningen: jonge Chinese en Turkse Nederlanders komen minder vaak in de Nederlandse 'natuur' dan hun autochtone leeftijdsgenoten. Onze Turkse homies zitten als ze al gaan voornamelijk in stadsparken de hele dag te barbecuen en onze Chinese medemensvrienden zijn alleen in de natuur te vinden om zich in afzondering op te laden voor de volgende carrièremove. En dat is natuurlijk een probleem, dat begrijpt u wel. Bovendien voelen Turkse-Kaaskoppen zich "
soms een buitenbeentje doordat ze door medebezoekers met argwaan worden bekeken." Juist. Altijd al geweten dat die fietsers en wandelaars op de Veluwe xenofobe neonazi's waren. Tien jaar geleden was er een speciaal 'plukbos' aangelegd zodat we met alle kleuren van de regenboog tezamen vruchten en noten konden gaan plukken, maar dat was een
regelrechte flop. Dus zit Staatsbosbeheer nog altijd in z'n maag met het hoge KKK-gehalte van de Nederlandse natuurliefhebbers. De organisatie leeft van subsidie, heeft dus draagvlak nodig en in Nederland heb je dan niet meer genoeg aan slechts blankwitte bomenknuffelaars. Oplossingen? Maar natuurlijk: "
Elke groep moet op zijn eigen manier worden benaderd, bij voorkeur in nauwe samenspraak met vertegenwoordigers uit die groep die al een groen hart hebben." Hatseflatsen. Dat roept om nog meer onderzoek, werkgroepen, intercultureel overleg, informatieavonden, integratie-consultants, nog een paar vergaderingen en natuurlijk enorme grote bakken subsidie. Gewoon een stuk bos plempen is er niet meer bij: de multiculti-industrie gaat nu ook de natuur bewerken. Olé!
