Bassiehof - Jozias van Aartsen

Het antisemitisme waart door de Hofstad, de ISIS-vlag wappert boven de Schilderswijk. De stad waar je bruut door de politie tegen de grond wordt gewerkt als je de Morgenster-vlag bij je draagt, geeft alle ruimte aan extremistische moslims die hun verderfelijke ideologie willen prediken. Ruim baan dus voor hen die korte metten willen maken met de joden en niet te beroerd zijn om op Tahrir-achtige wijze te roepen om het lichaam van een GeenStijl-verslaggeefster. De Arabisch sprekende politieman hoort echter niets, het in het Nederlands uitgeschreeuwde Dood aan de Zionist! Vuile joden! gaat ook voorbij aan de Haagse hermandad. Sterker: burgemeester Jozias van Aartsen (VVD, een partij die zich in het verleden nog weleens uitsprak voor law and order) laat s avonds weten dat er geen grenzen zijn overschreden tijdens deze hoogmis van de haat.
Ook nu volgden Kamervragen van bijna alle partijen. Maar koester geen illusies, die zullen niets uithalen. Minister van Binnenlandse Zaken Ronald Plasterk (PvdA) zal antwoorden dat de demonstratie de verantwoordelijkheid is van de stad Den Haag. In de Haagse gemeenteraad zal Van Aartsen vervolgens zeggen dat er een verkeerde inschatting is gemaakt en dan door het stof gaan. De kans dat hij op zal stappen is miniem.
Dat komt omdat wat volksvertegenwoordigers van dit soort incidenten vinden er nauwelijks toe doet. De ambtenaren en hun baas Plasterk willen vooral rust, datzelfde geldt voor die van de stad Den Haag. De rust bewaren is altijd een speerpunt van de uitvoerende bestuurlijke macht. Zie ook het Openbaar Ministerie, dat helemaal geen zin had in een onderzoek naar de kwestie maar uiteindelijk toch moest buigen voor de druk van onder meer joods Nederland.
Tien jaar na de executie van Theo van Gogh wappert de ISIS-vlag door de straten van de residentie. Tien jaar geleden gooiden leden van de Hofstadgroep in diezelfde stad een handgranaat naar een arrestatieteam. Er is, kortom, niets veranderd.
En dat is de schuld van onze bestuurders. Inderdaad, dat is de schuld van Jozias van Aartsen.