PvdA-wethouder keurde bekspugen goed
Wie is toch die keurige vrouw die naast Erwin Olaf staat terwijl hij Tom Staal in de bek spuugt? Die correct uitziende glimlachende mevrouw die "Hi lieverd" tegen Olaf zegt, het over een 'goed gesprek' heeft en hem drie kussen als teken van een warme langdurige vriendschap geeft? Dat is een Amsterdamse PvdA-wethouder. Carolien Gehrels om precies te zijn. Een, laten we zeggen, niet geheel onbesproken wethouder van (uiteraard) Cultuur. Vreemd. Een wethouder die niets zegt en niets doet als naast haar een journalist in het gezicht wordt gespuugd. Was die journalist een bekende homoseksueel geweest en de spuger een allochtoon dan was het vermoedelijk ietsjes minder stil gebleven bij deze wethouder, toch iemand waarvan je mag verwachten dat die is begaan met veiligheid en persvrijheid in haar stad. Maar nee, haar zorgvuldig uitgekiende mediamomentje met haar lieverd en haar seconds of fame waarin zij zich kan presenteren als tolerante voorvechter van homorechten lijkt ietsiepietsie belangrijker te zijn. Maar, omdat wij geen riooljournalisten zijn deden wij even wat wederhoor. Een mailtje aan wethouder Gehrels is immers zo getikt nietwaar? En bovendien: het is campagnetijd! Een van die zeldzame momenten waarop politici wel ineens naar de burger luisteren en antwoord geven. Hieronder onze vragen, de reactie en het commentaar van onze Tom Staal die as we speak de collega's van RTL Boulevard op zijn kantoor nog eens uit-ge-breid uit de doeken doet hoe het allemaal zo ver heeft kunnen komen.
Onze vraag om wederhoor:
Beste mevrouw Gehrels, geachte wethouder,
Zoals u weet (u stond er namelijk bij te kijken) is gisteren in Amsterdam de Geenstijl-verslaggever Tom Staal door Erwin Olaf in het gezicht gespuugd. Dit zonder enige aanleiding. U zult uiteraard begrijpen dat journalisten in het gezicht spugen niet zo heel beschaafd en tolerant is en niet iets is wat thuishoort in een democratische rechtsstaat.
Maar, u stond daar dus naast. U zei niets. U deed ook niets.
Integendeel, u negeerde de verslaggever die terecht verhaal kwam halen en begroette Erwin Olaf met drie kussen en de wijze woorden "dag lieverd".
Wij hebben daarover wat vragen:
1- Keurt u het goed dat in Amsterdam verslaggevers/journalisten in het het gezicht worden gespuugd?
2- Valt dat bij u onder tolerantie?
3- Is dit uw eigen persoonlijke opvatting of is dit een door de gehele PvdA gedeelde opvatting?
4- Waarom zei of deed u niets?
5- Bent u zelf wel eens in het gezicht gespuugd? Hoe vond u dat? Kwam dat tolerant en fatsoenlijk op u over?
6- Trekt u vaker openlijk partij voor degene die u "dag lieverd" mag noemen en de journalisten die u, kennelijk, niet aan staan? Maakt u derhalve een soort onderscheid in burgers?
7- Vindt u iemand die anderen in het gezicht spuugt een geschikt persoon voor een klankbordgroep voor de gemeente Amsterdam die zich onder meer inzet voor meer hoffelijkheid in de hoofdstad?
8- Is dit onderdeel van de PvdA-campagne?
We horen graag van u.
U zult begrijpen dat één en ander nogal haast heeft. Ook met het oog op de naderende verkiezingen. De kiezer moet natuurlijk wel weten wat PvdA-wethouders werkelijk verstaan onder "tolerantie".
Reactie (bewijsstuk) van de wethouder (netjes binnen een half uur):
Beste,
Gisteren was ik bij de kiss in van Erwin Olaf om met hem en de snackbarhouder op het Hugo de Grootplein te onderstrepen dat iedereen in Amsterdam mag zijn wie die is, hoe verschillend dat ook kan uitpakken.
Toen ik aankwam door de regen na het officiele moment zag ik Erwin Olaf en ging naar hem toe. Hij was heftig in gesprek met een journalist, draaide zich om naar mij en wij begroeten elkaar.
Wat Erwin Olaf daarvoor met de journalist besprak en deed, zag ik niet. Onmiddellijk merkte ik dat dit hoog op kon lopen en heb de journalist gezegd dat we de zaken die avond vreedzaam met elkaar oplossen.
Erwin Olaf had natuurlijk nooit mogen spugen en hij heeft zijn excuses daar vanochtend voor aangeboden op Facebook.
Carolien Gehrels.
Reactie van Tom Staal:
Ik heb niet met haar gesproken behalve wat ze in het filmpje tegen me zegt. Maar laat de ruwe beelden voor zich spreken