Oproep! Wie wil er taart van Wiet Janssen?
Uit de stijlloze mailbox: Geachte redactie. Mijn naam is Wiet Janssen. Pas geleden is er een hele discussie op Geen Stijl geweest over mijn promotie. Ik weet niet of dit interessant nieuws voor u is, maar ik ben van plan een taart uit te loven voor de eerste die met concrete, inhoudelijke kritiek komt op mijn proefschrift. Hieronder het hoe en het waarom. Wellicht kunt u er iets mee. Mijn proefschrift over ontwikkelingshulp heeft me stevige kritiek opgeleverd van vier hoogleraren, met name van Paul Hoebink. De heren komen echter nergens met concrete voorbeelden, en ik roep ze daarom hierbij op daarmee voor de dag te komen. Maar die voorbeelden kunnen ze waarschijnlijk niet vinden, want wie mijn proefschrift (PDF) leest kan zelf zien dat hun kritiek kant noch wal raakt. De enige concrete kritiek tot nu toe was een opmerking van Hoebink in de Trouw van vorige week dat ik het rapport 'Resultaten in ontwikkeling' genegeerd zou hebben. Maar in dat rapport staat alleen aan welke doelen het geld is uitgegeven en niet wat dat aan armoedevermindering heeft opgeleverd, dus dat rapport is niet relevant voor mijn conclusies. Bovendien is het rapport verschenen toen mijn proefschrift al bij de beoordelingscommissie lag, en dan kun je niets meer veranderen. Hoebink is zelf hoogleraar, dus hij wist dat.
Maar mocht er toch iets niet deugen in mijn proefschrift dan wil ik dat graag weten. Ik loof daarom een taart uit aan de eerste persoon, hoogleraar of niet, die met concrete, inhoudelijke kritiek komt waardoor een van mijn conclusies aan het wankelen wordt gebracht. Zodra ik een steekhoudend kritisch commentaar ontvang zal ik dat op mijn website publiceren en de kranten erover informeren. En dat zal ik ook doen als er midden januari nog steeds niets is gekomen. En eerlijk gezegd: van Hoebink verwacht ik helemaal niks. Dus het zal er wel op neerkomen dat ik die taart lekker zelf ga oppeuzelen.
Met vriendelijke groet,
Wiet Janssen