achtergrond

Geenstijl

login

word lid

nachtmodus

tip redactie

zoeken

Boris over doorgeschoten fractiediscipline

Boris van der HamDe Tweede Kamer is weer terug van reces. En dat was te merken. Wéér een debat over de islam, weer het modieuze grove taalgebruik, paniek in de VVD en allerhande partijpolitieke opstootjes. En meteen was er ook de nodige kritiek. Moet die taal nou zo? Kan dat niet fatsoenlijker? Ook liet oud-Kamervoorzitter Frans Weisglas van zich horen. Hij ergerde zich aan het gebrek aan decorum van de Kamerleden. 'Waarom hebben sommige Kamerleden geen colbertje aan!' Ofwel, Boris van der Ham over de doorgeschoten fractiediscipline.
150 volksvertegenwoordigers? Na het referendum over de Europese Grondwet in 2005 kwam de vraag op: werkt onze volksvertegenwoordiging wel? Hoe kan het dat een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer wél tevreden was met de inhoud van de oude Europese Grondwet, en een zeer ruime meerderheid van de bevolking toch 'nee' zei? Een van de conclusies die hieruit werden getrokken was dat 'politici niet weten wat er onder de mensen leeft'. Ik durf de stelling wel aan dat onder de 150 kamerleden bij de grote onderwerpen zo ongeveer alle soorten argumenten terug te vinden zijn die in de samenleving spelen. Maar het probleem is dat deze veelkleurigheid aan opvattingen van politici veelal achter de deuren van de fractiekamer wordt gesmoord. Het resultaat is dat op de meest belangrijke momenten burgers zich niet altijd kunnen herkennen in de woordenwisseling van hun volksvertegenwoordiging. Want wat moet je nou als je CDA'er bent en toch voor een onderzoek naar de Irak-oorlog? Bij wie kan je terecht als je SP'er bent maar vindt dat er wel degelijk misstanden zijn in onze sociale zekerheid? In de Kamer zijn er zeker CDA- en SP-volksvertegenwoordigers te vinden die er net zo in staan; alleen geen kiezer die het weet of er ooit achter zal komen. Want waar in de samenleving steeds meer de individualiteit van mensen wordt benadrukt en waar mensen steeds minder georganiseerd zijn langs ideologische lijnen, lijkt het binnen politieke partijen nog een groot probleem. De verscheidenheid van 150 opvattingen wordt in de praktijk teruggebracht tot de woordvoerders van de partijen in de kamer, zo'n stuk of tien. Door het miskennen van verschillen die ook binnen politieke partijen leven, halen belangrijke argumenten, bezwaren en ideeën uiteindelijk niet het spreekgestoelte van de plenaire zaal van de Tweede Kamer. Dat is een groot gemis. Daardoor zijn tijdens de meest belangrijke debatten slechts gemiddelde standpunten te horen: de uitkomst van het fractieberaad. Dit patroon is kenmerkend voor de werking van de Nederlandse volksvertegenwoordiging. Bij onderwerpen waar bij het evident is dat er verschillende 'aanvliegroutes' zijn binnen politieke partijen, wordt er nauwelijks ruimte gegeven. Hoewel het af en toe voorkomt dat een individueel fractielid anders stemt dan de rest van de fractie, wordt dat vrijwel nooit openbaar toegelicht. Bij grote onderwerpen als Irak en Afghanistan, integratie of Europa hebben de discussies die individuele kamerleden in de kantine van de Kamer voeren daarom vaak een hoger 'volksvertegenwoordigend' en inhoudelijk karakter dan die in de officiële plekken van het Parlement. Binnen de VVD was er bijvoorbeeld maar een hele kleine meerderheid voor de Europese Grondwet, maar de argumenten die daaraan ten grondslag lagen, werden niet naar buiten gebracht en de gehele fractie werd strak gecommitteerd aan deze uitkomst. Gemok in de kantine, maar stilte in de Kamer. Toen de PvdA instemde met de missie naar Afghanistan was er één fractielid die tegenstemde, maar zij voerde zelf nergens het woord. Waarom niet? Graag had ik uit haar mond haar argumentatie gehoord. Het was ook bizar dat een aantal jaar geleden een fiks aantal individuele kamerleden tegen het huwelijk van Maxima en Willem-Alexander stemden, maar dat geen enkele woordvoerder hun argumentatie verwoorde. Daardoor kon hun redenering ook niet van repliek worden gediend. De fractiediscipline of het gebrek aan persoonlijke verantwoording levert in dit soort gevallen een armoedig debat op. Het kan anders. In het verleden is bij dit soort grote onderwerpen, waar veel verdeeldheid over heerste, bijvoorbeeld bij het debat over de vrijlating van de 'vier van Breda' gewerkt met meerdere woordvoerders per fractie. Daardoor werd op een waardige wijze inzicht gegeven in de oprechte twijfels, vragen en overwegingen van individuele kamerleden. Het komende jaar komen er nogal wat belangrijke onderwerpen langs waarover moet worden besloten. Gaan we de missie in Afghanistan verlengen? Komt er tóch een onderzoek naar 'Irak'? Komt er wel of niet een referendum over het nieuwe Europese verdrag? Wat doen we met de toekomst van de sociale zekerheid? Ook hier lopen de opvattingen dwars door de politieke partijen heen, en is er veel interne discussie. Bij dit soort grote onderwerpen zou het juist van kracht getuigen, als de Kamerfracties hier werkelijk een open debat over zouden voeren en recht doen aan de combinaties van motieven, argumenten en ideeën. Kiezers zijn uiteindelijk niet zo geïnteresseerd of Kamerleden wel of geen colbertjes dragen, maar willen vooral het vertrouwen hebben dat, na alle argumenten gewogen te hebben, er verstandige beslissingen worden genomen. De doorgeschoten fractiediscipline aan het Binnenhof is daarbij soms een storende hindernis. Boris van der Ham

Reaguursels

Tip de redactie

Wil je een document versturen? Stuur dan gewoon direct een mail naar redactie@geenstijl.nl
Hoef je ook geen robotcheck uit te voeren.