Hoe gaat het eigenlijk met... de hufter?
Het Huftermanifest is tien jaar oud. En reaguurder knufter wilde daar graag even bij stil staan
Hoe gaat het eigenlijk met... de hufter?
Dit jaar is het 10 jaar geleden dat Het Huftermanifest werd gepubliceerd. Een aardig moment om de balans op te maken.
De hufter bestaat niet meer. Vind er maar eens één. Een echte enfant terrible. Of het nou een Ramses Shaffy, Theo van Gogh of Herman Brood is, het is gedaan met ze. Of het nou knuffelhufter of stekelhufters zijn, ze zijn gemarginaliseerd, staan te verleppen als plantjes buiten de zon zonder water of hebben hooguit nog Hufter In Het Hoofd. Huftergefluister van achter de handpalm. Of ze zijn het land ontvlucht. Arthur van Amerongen, de langesfstandshufter-light. Of, vooruit, Bert Brussen nou we het toch over langeafstandshufters hebben. Zou Mick Jagger als hij 20 was nog de hufter kunnen uithangen? Hans Teeuwen is klinisch onthufterd. Sowieso was dat de laatste die er nog doorkwam, qua kunsten, want de hufters daarna zijn aan de poort van het bestaan tegengehouden.
Hermans, Reve, ze zouden geen schijn van kans meer maken. De hufter van nu is iemand die netjes zijn vinger opsteekt om een kwart emmertje afgemeten lauwe hufterigheid te mogen optakelen uit de put die fatsoen heet, even proeven met de pollepel, maar daarna moet de hufterigheid snel weer worden uitgespuugd en de emmer terug naar beneden gegooid. Want oh-oh je moest eens de indruk geven het lekker te vinden. Hufterigheid als uitje, als curiositeit. Hufterigheid wordt hooguit nog gesimuleerd door 'kut' en 'neuken' te zeggen, om te laten zien dat je echt wel buiten de orde treedt. Hufterigheid is een soort koraal. Het is iets uit het verleden en er is steeds minder van. Komt door verzuring.
De hufter kan bestaan bij de gratie van het individuele denken. Bij de gratie van de vrijheid van meningsuiting. Het principe van vrijheid van meningsuiting is een recht maar ook vooral een stukje grond dat vruchtbaar moet zijn. Ze kunnen je wel het recht geven te jongleren maar als ze al je balletjes afpakken heb je daar weinig aan. De hufter bestaat omdat hij (de hufter is typisch vaker man dan vrouw) zich niks aantrekt van groepsdenken. Dat kan alleen als hij niet afhankelijk is van groepsdruk. Daarom zien we ook de hufter-lights vooral in de regionen van gepensioneerden, mensen die hun zaakjes financieel voor elkaar hebben en mensen die fysiek op afstand staan (de eerder genoemde langeafstandshufters). Afgezwaaide ministers, binnengelopen volkzangers, cabaretiers die netjes in de pas liepen toen geluk nog heel gewoon was, en zich pas vrijelijk uiten nu de pensioenleeftijd bereikt is.
Eerder genoemde gunhufter Jagger en andere enfants terrible konden voornamelijk buiten de orde treden omdat ze een zekere macht en zelfstandigheid hadden. Ze konden alles maken. Dat soort tickets naar zelfstandigheid worden nu niet meer toegekend. Bestaande vouchers worden ingetrokken. Je kunt nog zoveel fans hebben, als je jezelf in 2020 verspreekt en de hufterlijn in stapt, word je status van onafhankelijk denker door groepsdruk ontnomen. Fred Schuit, Archie Bunker, Al Bundy. Ze zijn niet meer. Vinden wij dat erg?