Shula Rijxman (NPO66) lost zorgproblemen Amsterdam op: met een app
Dit zag niemand aankomen.
As-salāmu ʿalaykumu, broeders. Vandaag gaan we het hebben over Shula Rijxman (bekend van het ANWB-wandelpad). Omdat Shula Rijxman in de 366 jaar dat ze totalitair alleenheerser van de NPO was, en van uw belastinggeld werd betaald, met D66'ers in bed heeft gelegen, zoveel mogelijk D66-propaganda heeft gepusht, de NPO in een D66-bastion heeft omgetoverd, een D66-campagnemedewerker baas van de VPRO heeft gemaakt, Sigrid Kaag (D66) kritiekloos een ongelimiteerd podium heeft gegeven bij de Nederlandsche massamedia (D66), niets deed toen Matthijs van Nieuwkerk (VARA) helemaal Frans Klein (VARA) ging op DWDD-redactieleden (D66) (ze was toen net op vakantie met Sander Dekker (VVD), zul je altijd zien) en ervoor heeft gezorgd dat haar opvolger nóg meer D66 is dan de hele NPO inclusief de diviredactie van de NOS bij elkaar, mocht ze als beloning D66-wethouder worden in Amsterdam (D66). Dat was niet zo'n goed idee. Want al snel bleek dat je voor wethouder wel iets moet kunnen (zelfs bij D66). Maarja, D66, vriendjespolitiek en Nederlandse Politburo Organisatie. Die heeft natuurlijk een vuistdik dossier van elke Nederlandse politicus of beetje prominent. Iedereen die tegen haar zegt 'GA. GEWOON. WEG. AMATEUR. ÉÉN. REINIER. VAN. DANTZIG. IS. MEER. DAN. GENOEG.', loopt het risico onderwerp te worden in één van die vele vlijmscherpe, kritische, zeer gedegen, objectieve, onafhankelijke, onderzoeksjournalistieke, veelzijdige Nederlandse NPO-producties (hahaha, dit was ironie. Jammer dat we dit moeten uitleggen, alleen maar omdat jij te dom bent om ironie te snappen. Uitgelegde ironie is dode ironie. Enfin, krijg schurft). En daarom is Shula Wandelroute nu nog stééds wethouder (D66) in de hoofdstad van Nederland. Gelukkig heeft ze niet zo'n belangrijke portefeuille, namelijk: Zorg. What can possibly go wrong?
Infographic. Waarom over de intrekkingswet referendum WEL een referendum kan komen
Meer Democratie gaat naar de rechter (doe mee&doneer!) om een referendum over de referendumwet af te dwingen. '66 vindt zo'n referendum 'niet logisch', maar waarom dat logischerwijs wel zou moeten, lazen we in de mail:
(hier klikken voor grotere pica)
Hallo redactie,
Ik had gehoopt met dit simple plaatje een verduidelijking te geven op het wollige taalgebruik van onze heren (dames ook) Tweede Kamerleden. Hun mits…tenzij, als…dan, in het geval van…etc. redeneringen zijn mijns inziens onduidelijk en geven de minister genoeg opties om op een even wollige manier te antwoorden. Het plaatje zou het voor een simpele techneut (ondergetekende) begrijpelijk moeten maken.
Ik doe een poging het te duiden.
Horizontale as is de tijd (van links naar rechts), verticale as de wetten die in de tijd worden aangenomen (hier wet A t/m D). Rondje betekent dat de wet door de Tweede Kamer bekrachtigd is. Driehoekje dat de raadgevend refendum procedure doorlopen is. De golflijn is de periode tussen bekrachtiging Kamer en aflopen raadgevend referendum procedure, de rechte lijn betekent dat de wet van kracht is. Wet A wordt van kracht op tijd t(a), enzovoort.
De Wet op het raadgevend referendum (wet A) werd direct actief nadat ze door de 2de kamer was bekrachtigd. Alle daaropvolgende wetten zijn onderheving aan deze wet, zoals het OEK verdrag (wet B) dat pas actief werd na de referendum procedure (op t(B)). Het huidige wetsvoorstel tot intrekking van de wet op het raadgevendreferendum (wet C) dient logischerwijze ook te voldoen aan wet A en kan dus pas actief worden nadat de referdum procedure is doorlopen (op t(c)). Op het moment dat de intrekkingswet (wet C) actief wordt, vervalt de wet op het raadgevend referendum (einde pijl wet A). Alle wetten daarna (hier wet D) zijn nu niet meer onderhevig aan een raadgevend referendum.
De regering betoogt met dat met de terugwerkende kracht van wet C, het referendum op wet C afgedaan kan worden. Echter zolang wet C nog niet actief is heeft wet C ook geen terugwerkende kracht en kan zij dus niets zeggen over het wel dan niet houden van een referendum over wet C. De terugwerkende kracht van wet C kan er wel voor zorgen -nadat een referdum is gehouden en wet C dus actief is- dat eerdere referenda (hier dus de terugwerkende kracht) irrelevant zijn.
Conclusies:
1. Het niet toestaan van een raadgevend referendum over de intrekkingswet is in strijd met de wet.
2. Het terugwerkende kracht principe van de intrekkingswet kan het eerder gehouden referendum wel irrelevant verklaren.
Ben benieuwd wie deze logica lek kan schieten.
Groeten,
Jasper de Reede