Onze huisadvocaat in de verdediging
De ophef over het Housewitz-filmpje begint groteske vormen aan te nemen. Polen wil Nederland binnen vallen en internet-archeoloog Van Jole verdient dankzij GeenStijl weer een aardig zakcentje bij door voor iedereen die het maar horen wil zijn totaal onbelangrijke mening te ventileren. Wat wij echter missen in dit debat is de juridische onderbouwing. Zo liet het Openbaar Ministerie weten niets tegen de mirror op GeenStijl te kunnen doen, terwijl de raadsman van het MDI meent dat wij op basis van artikel 137 c wel degelijk zijn aan te pakken. Zoals al eerder gesteld, gaan wij die uitdaging graag aan. Onze huisadvocaat Zwarte Kip geeft alvast een klein stukje van onze verdediging prijs...
Mensenrechten en gekrenkte gevoelens
Vrijheid van meningsuiting (de term beschermt ook nieuwsgaring) staat al heel lang op gespannen voet met de gevoelens van anderen. Naar aanleiding van de moord op Theo van Gogh werd er een zeer lezenswaardig online dossier over aangelegd door het Instituut voor Informatierecht van de Universiteit van Amsterdam. Om u enigszins kennis te laten maken met de juridische kant van dit verhaal geef ik een stukje van onze klaarliggende verdediging prijs.
Als het filmpje dat nu zoveel ophef veroorzaakt, als eerste door Nova of het Journaal was uitgezonden was er waarschijnlijk veel minder ophef over geweest. De reden hiervan is gelegen in de rechtspraak op dit punt. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) boog zich in 1994 over de zaak Jersild. Jersild, een Deense journalist, had een item gemaakt voor een radioprogramma waarin een uiterst racistische groep jongeren zich mocht laten horen van hun slechte kant. Jersild werd in Denemarken veroordeeld voor het helpen bij verspreiding van racistische ideeën.
Het Deense toen geldende artikel 266 van het Wetboek van Strafrecht in Denemarken is te vergelijken met het Nederlandse artikel 137c: Hij die zich in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding, opzettelijk beledigend uitlaat over een groep mensen wegens hun ras, hun godsdienst of levensovertuiging of hun hetero- of homoseksuele gerichtheid, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.
Het EHRM maakte korte metten met de uitspraak van de Deense rechter en stelde dat de media het recht en de taak hebben om mensen in te lichten over misstanden en spreekt over de waakhond functie van de media. Tevens stelde het EHRM dat het niet aan de nationale rechter of overheid is om te bepalen welk medium wordt gebruikt om mensen in te lichten. Nu komt het belangrijkste: de grote vraag volgens het EHRM is of de publicatie tot doel heeft om racisme te propageren. Zolang je als medium dus integer omgaat met de publicatie valt je niets te verwijten.
Zoals bekend heeft GeenStijl altijd afstand genomen van het gewraakte filmpje. Het probleem is dat de echte journalisten in ons land allang hebben geoordeeld dat GeenStijl een ballenbak is voor verveelde kantoorpikken en geen serieus medium. De vraag die overblijft, is dus of GeenStijl ook een waakhond is en zaken serieus aan de kaak mag stellen onder de bescherming die journalisten hebben. Die strijd gaan we graag aan...
Zwarte Kip
PS: Overigens komt er binnenkort een protocol in werking bij het Cybercrime verdrag dat internetmedia op dit punt ver zal achterstellen bij de oude media.