Friesland is obesitasprovincie des doods
Noem een bekende Fries die er ook nog lekker uit ziet. U zegt: Doutzen Kroes. Klopt. Maar, wist u dat het dikke wijf uit de Plus-reclame ook uit Friesland komt? En wist u dat de helft van alle Friezen er uitziet als dat dikke wijf uit de Plus-reclame? De helft! 50 nuchtere procenten! 230.000 Doutzens! De reden dat Heerlen in de grond aan het verdwijnen is, is het waterbedeffect dat overgewicht-Friesland veroorzaakt. Friesland is één groot eeuwig hongerlijdend openluchtmuseum vol lillend vlees, dikke konten en overhangend buikvet. Stelt u zich eens voor dat we de hele provincie Friesland in één groot naturistenreservaat veranderen en dat u daar dan per ongeluk in terecht komt. Een zee van melkfleswitte wandelende trilvleesmassa's die heel gek praten en van kaatsen houden. Hoe vies is dat? Overigens betekent de obesitasisering van Friesland tegelijk een einde van een traditie. Want dat fierljeppen is natuurlijk leuk als je 190 centimeter lang bent en 82 kilo weegt maar probeer zo'n paal eens te beklimmen met 156 kilo aan banaal wapperende huidflappen als extra ballast. Gaat je dus mooi nevernooit niet lukken. En denk eens aan De Kameleon: zou die praam blijven drijven als Sietske en Hielke 112 kilo de man wegen? Wij dachten toch mooi van net. Horrorscenario des doods: obesitas is een genetische Friese volksziekte waaraan elke Fries vroeg of laat ten onder gaat. Dus ook Doutzen Kroes. Het jaar Onzes Heeren 2014, Doutzen in Victoria Secret: 92 kilo inclusief striae en hangtieten. Wil je dat? Dat wil je niet hè? Wij stellen daarom voor Friesland te handelsboycotten en alle vet- of suikerhoudende producten niet meer naar dit Cholesterolië te exporteren. Iedereen met de achternaam Sipkema, Jorritsma of anderszins eindigend op -ma krijgt verplicht zoetjes bij de koffie en de Elfstedentocht wordt voortaan alleen nog maar gereden door Heerlenaren, ondervoede voedselbank-ZZP'ers en Dolf Jansen om het ijs hoogwaardig en veilig te houden. Opdat we nog maar lang van graatmagere topmodellen die op een terp zijn opgegroeid mogen genieten.