Gruwelkwoot van een hele enge aartsPvdA'ert
Parental advisory, explicit content: de to-ta-le wereldvreemde burgerhaat die uit dit interview met BKB-oprichter en tegenwoordig hobbyist in de kunst Lennart Booij. Echt, alles zit er in. Elitarisme, subsidie snuiven alsof het nosecandy is en een bestaan dat zo ver verwijderd is van de noeste arbeiders die men nominaal vertegenwoordigt als leden van de Deugende Klasse.
*Tegenwoordig ben ik verzamelaar van baantjes. Ik handel weer in kunst, ik presenteer het radioprogramma Opium, ik ben lid van de Raad voor Cultuur, ik adviseer en coach, en ik ben een dag in de week directeur van het Amsterdam Light Festival. [...] Dat ik mijn aandelen BKB heb verkocht, geeft natuurlijk ook rust. Bovendien heeft mijn vrouw een goede baan. *
Ja, die vrouw is natuurlijk ook zo'n maatschappelijke parasiet bij de faculteit joemennities van de UvA, aka het ideologisch bureau van de PvdA c.q. het hol van de Shakespeares van het multiculturele drama. Grappig, vroeger in de tijd van het Ancien Regime was zo'n één à twee procent van de bevolking lid van de adel en leefde die stand van het uitknijpen van de arme drommels op het land.
Tegenwoordig is zo'n één à twee procent van de bevolking lid van het partijkartel en leeft op het uitknijpen van de eerzame burger met een echte baan. In deze nieuwe adel van parasitaire baantjesgraaiers en opsoepeerders van publiek geld is Lennart Booij wel echt een van de ergste rode baronnen. De zonden van zijn voormalige bureautje BKB - het verruïneren van links door het culturele kompas op gendergedegenereerde moslimae te zetten en elk links discours reduceren door gelul over verbinding en empathie - zijn misschien leuk voor een ander stukje, maar man man man.
Heeft u ooit zo'n salonsocialist gezien? Een kunstdilettant en baantjesgraaier die intussen wel Nederland vertelt dat het niet deugt want Zwarte Piet en een mening over de achterlijkheidsimport? Goed, het is dat ze al voor hun troubles teruggeslagen zijn naar negen zetels, maar anders zou je ze een Bastillemomentje toewensen, die salonjonkers met hun subsidienetwerkjes en hun gemanicuurde kunstklauwtjes.