Dennis Honing: Islamitische groepen in Nederland (2)

Ongestoord de neonazi uithangen
De beweging zou zijn piek bereiken in de jaren '70, toen vriend en vijand zijn vertrouwen stelden in deze 'buffer tegen het oprukkende communisme'. In die context werd de partij zelfs gesteund door de westerse wereld. Eens te meer zou het fascisme dienst doen als paardenmiddel tegen de expansiedrift van het Bolsjewisme. Vanuit deze macht en populariteit ontstond uiteraard ook invloed op de Turkse immigranten in Nederland. Er zou een Peter Beense-dik hoofdpijn dossier ontstaan van criminaliteit, fascisme en de vijfde colonne werking. Er werd in maffia-formatie gehandeld in enorme partijen harddrugs, en men reed daarop af en aan met geldtransporten naar Turkije ten behoeve van de Grijze Wolven aldaar. De Turkse jeugd in Nederland kreeg de fijne kneepjes van het fascistische vak mee. Een bizar voorbeeld is dat ik van Turkse vrienden vernam dat er in een Grijze Wolven moskee in Amsterdam werd onderwezen dat profeet Mohammed eigenlijk een Turk was, en geen Arabier. Deze groep is een goed voorbeeld van het fenomeen dat je ongestoord de neonazi kan uithangen in dit land, zolang je maar niet blank bent.
Ik kom geregeld bij het pand van de Grijze Wolven in Bos en Lommer. Kapper 'Hadji' knipt je voor een tientje, en de man verstaat zijn vak. Meestal maak ik ook een praatje met Atillah die in het pand een Turks restaurantje runt. Behalve een kapper en restaurant heeft het pand ook een theeruimte, een moskee, een jongerenruimte, een winkeltje en een aparte theeruimte waar gerookt mag worden. Op een wand van die laatste ruimte prijkt een grote schildering van de mythe van Ergenekon. Volgens deze mythe zouden de oer-Turken na een militair verlies terecht zijn gekomen in de vallei van Ergenekon, waar zij niet meer uit konden komen, en maar liefst vier eeuwen vast hebben gezeten. Ze werden uiteindelijk gered doordat een smid een uitgang creëerde door rotsen te smelten, waarop de mythische wolf Asena het Turkse volk de weg naar de vrijheid wees.
Tot slot is het interessant om te benoemen dat niet alle Turkse fascisten en Turanisten binding zouden houden met de Islam. Voor Nihal Atsiz (1905 - 1975) was de Islam maar een Arabische religie, en was het Turkse Tengriisme veel interessanter.
Kaplandjielar
Officieel: 'Hilafet Devleti' (Khalifaatstaat). Een zeer radicale afsplitsing van Milli Gorus. Deze Turkse theocratische beweging werd in 1994 in Duitsland opgericht door de voormalige moefti van Adana: Cemalladin Kaplan (1926 - 1995). De groep is niet salafistisch, maar matoeridisch. Desondanks komt het gulzig strooien met takfir, het resoluut verwerpen van de democratie en het geloof in de noodzaak van een theocratisch 'kalifaat' neer op vrijwel exact dezelfde praktijk als dat van de jihadistische salafisten. Na de dood van Camalledin nam zijn zoon Metin het roer over, en werd de kalief.
Turkse versie van IS
De groep wilde met haar beweging de Turken klaarstomen voor een machtsovername in Turkije, naar het voorbeeld van Khomeini. De groep zocht zowel contact met Iran als met de Taliban. In Berlijn zou een 'tegen kalief' opstaan. Ibrahim Sofu. Deze werd daarop zonder pardon uit de weg geruimd, gebaseerd op de islamitische tekst die voorschrijft dat de 'tweede emir' (opkomende concurrent van het staatshoofd) gedood dient te worden. De 'kalief van Keulen', zoals Metin Kaplan wel werd genoemd, werd in 2001 door Duitsland uitgeleverd aan Turkije, alwaar hij veroordeeld werd tot een levenslange gevangenisstraf. In Nederland hebben wij momenteel twee moskeeën van deze organisatie. De moskee in Oss erkent de noodzaak aan nieuw leiderschap na het achter de tralies verdwijnen van Kaplan, en de moskee in Utrecht ziet Metin nog altijd als leidinggevende kalief. het is een treurig idee dat de enige Turkse moskee organisatie die ontsproot aan West-Europese bodem, meteen ook een soort Turkse versie van IS is. Het feit dat het hier niet om een salafistische groepering gaat bewijst dat ook het reguliere soennisme zijn problemen kent, en de alertheid verdiend van de Europese overheden.
Alevieten
De Alevieten zijn een bijzondere groep in het islamitische landschap van Nederland. Sommige onder hen beschouwen zichzelf niet zozeer als theïstisch. Andere zien de islamitische personages die binnen het Alevitisme worden vereerd als symbolen voor het 'licht'. En weer anderen beschouwen zichzelf als spirituele sjiieten. Ook is er de visie dat de kern van Alevitisme ouder is dan de Islam, en zich ook in bepaalde Christelijke groepen heeft gemanifesteerd, zoals bij de Paulicianen, Bogomielen en Katharen . Het Alevitisme is een van de zogeheten sjiitische 'ghulat' stromingen van het Midden Oosten. De term 'ghulat' (extreem) doelt hier op het feit dat de Alevieten hele andere opvattingen hebben dan die van het conventionele sjiisme. Een duidelijke overeenkomst met het conventionele sjiisme is de primaire plaats die de familie van de profeet innemen, en de twaalf imams. Zij het wel dat aan deze heilige personen door sommige Alevieten een symbolische of anderzijds afwijkende kern of rol toegeschreven kan worden.
De huidige Alevieten zijn voortgekomen uit de Turkse Qizilbash-milities uit de 16e eeuw. In Nederland telt de Alevitische gemeenschap zo'n 30.000 koppen. Het is naast de Turkse seculieren in dit land een van de meest ruimdenkende en dynamische sub-gemeenschappen van onder de Turkse diaspora. Men gelooft dat de Koran een mystieke innerlijke betekenis heeft, waardoor ze zich niet blind turen op allerhande teksten die volgens soennieten en sjiieten strikt nageleefd dienen te worden. De Alevieten houden zich bijvoorbeeld niet aan de vijf zuilen van de conventionele Islam. Men bidt niet vijf keer per dag, en gaat niet op pelgrimage naar Mekka. In plaats van bidden in de moskee komt deze groep samen in de 'djem'. De Alevieten zijn trots op hun humanistische insteek.
"Het grootste boek dat gelezen moet worden is de mens en niet de Koran" aldus Nurettin Altundal, vice voorzitter van de Alevitische vereniging Hak Der. Een citaat dat zou door Boris van der Ham zou kunnen worden uitgesproken.