Goed stuk van Rob Wijnberg op De Correspedant
Rob Wijnberg, de nieuws-averse hoofdredacteur van een online nieuwsmedium en de meest uitgesproken commercie-hatende internetondernemer van het aartscommerciële internet, heeft een goed stuk geschreven. Jawel. Wijnberg doet een belangrijk boekje open over de stiekeme verstrengeling tussen onafhankelijke journalistiek en sluipende of verborgen commerciële belangen. AD Senseo-testen, NRC IJslandreisjes, dode bomen die advertorials aan hun lezers opdienen als objectieve reportages: je wordt vaker belazerd door de meeste media dan je denkt. Bij De Persgroep (AD, Volkskrant, Trouw, Parool en half regionaal krantenland plus andere merken) is branded bullshit inmiddels al de spil van het verdienmodel. Volkomen terecht dus dat Wijnberg de oorzaken & gevolgen van dit lezersbedrog opschrijft in zijn artikel "Te koop aangeboden: journalistieke betrouwbaarheid en onafhankelijkheid (t.e.a.b.)." Het stuk is volgens Wijnberg geen veer in zijn eigen obstinaat onafhankelijke reedt, maar "bedoeld als een herinnering aan ons allemaal dat onafhankelijke journalistiek nu eenmaal geld kost." Dat is waar. MAAR! Wat is de definitie van "onafhankelijk"? Laten we eens even naar zijn eigen reclamevrije doch niet onbezoldigde webtoko kijken...
De Correspedant kon beginnen omdat Wijnberg openlijk leden mocht werven in de zendtijd van NPO VARA DWDD. Dat is een borderline gevalletje Commissariaat voor de Media (sommigen zouden zeggen: eroverheen) in een uit publieke middelen betaald programma. Vooral omdat er geadverteerd werd met namen die je daarna niet of nauwelijks op zijn medium terug zag (Ewald Engelen, Femke Halsema, Jelle BC), was het zelfs best wel misleidende reclame. Een andere partijprominent pijler van De Correspedant, Rutger Bregman, Beschermheilige van het Basisinkomen, propageert vanaf zijn positie een duidelijke sociaaldemocratische (of zelfs socialistische) agenda en doet - mede via zijn boekjes - sterk aan persoonlijk imagobeheer. De tikgeiten van Wijnberg worden sowieso allemaal sterk personal gebrand: veelal in de ik-vorm betrekken deze mensen zichzelf vaak in hun eigen verhalen, die ze schrijven onder koddige koosnaampjes als "Correspondent Vindingrijkheid & Vernieuwers", "Correspondent Actuele Beeldende Kunst" en "Correspondent Zelfverbetering". Ook aan de 'achterkant' van De Correspondent is rond de oprichting uitermate goed nagedacht over een branding strategy die het spil van een verdienmodel moest vormen.
En dan over de inkomsten van De Correspedant. Het meest fatsoenlijk linkse medium van Nederland (eet dat, Joop.nl - red.) claimt ruim 60.000 betalende abonnees te hebben, maar trekt qua inkomsten vooral aandacht met vele, niet zelden torenhoge subsidies die ze binnen trekken. De hypercorrecte Stichting Democratie en Media (overigens zelf fout na de oorlog) doneerde een half miljoen aan Wijnberg, die ideologisch zo goed op één lijn zit met de (toch wel wat moralistische) Fatsoenlijke Doelstellingen van de stichting, dat ze tevens een minderheidsbelang in De Correspondent namen. Het platform cashte 150.000 euro groene subsidie uit een Europese pot "om op een innovatieve manier verhalen te vertellen over de duurzame ontwikkelingsdoelen tot 2030 die de Verenigde Naties onlangs hebben vastgesteld." Goh, sluit dat even mooi aan op de persoonlijke doelen van "Correspondent Klimaat & Energie" Jelmer 'Het klimaatprobleem vraagt om actie' Mommers. Ook het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek (betaald door het ministerie van OCW) legde een ton op tafel voor Wijnberg. Staatssubsidie dus, voor een "onafhankelijk" platform. Zo omzeilt commerciehater Wijnberg de achterkamertjes van de saleswereld, maar hij verruilt ze moeiteloos voor de geldbomen van de morele goedertierenheid.
Conclusie: natuurlijk moeten nieuwsconsumenten gealarmeerd worden dat de Onafhankelijkheidsmuur die tussen redactie & paarse broeken hoort te staan aan het verkruimelen is. Goed dat Wijnberg dat opschrijft. Maar je bent roomser dan de paus als je pretendeert dat "gratis geld" in de vorm van subsidie die onder voorwaarden van heldere doelen wordt verstrekt, géén sturende werking heeft op de output van je medium. Bij De Correspondent is het niet de vraag of advertorials in de redactionele inhoud sluipen, de redacteuren van Wijnberg doen het andersom: zij zoeken de (gesubsidieerde) middelen bij de (persoonlijke) doelstellingen van hun platform. Mag hoor. Maar ideologische branding is óók een verkoopmodel, eentje waaraan belastingbetalers niet zelden een bijdrage leveren, en dat alineaatje broodnodige duiding ontbreekt in het stuk van Wijnberg. Bij dezen met liefde aangevuld door een Stijlloze Correspondent Nuance & Hypocrisie.