Hans Jansen - Staatskerk

Ontkerking is vervelend voor de penningmeester van het kerkgenootschap, verder levert het weinig last op behalve dan dat wie ontkerkt is geraakt, wel een makkelijker prooi is geworden voor goeroes en zendelingen. Dat kan lastig zijn want niet alle rekruteerders, goeroes en zendelingen hebben het beste met u voor. Zeker kinderen kunnen maar beter tegen rekruteerders en sekte-stichters ingeënt zijn door een hele of halve kerkelijke opvoeding, maar het zijn de ouders die beslissen of hun kroost wordt ingeënt. Het volwassen geworden kind komt te laat om nog mee te beslissen over zijn eigen immuniteit.
Aan alle predikanten en zielzorgers de status van ambtenaar te geven, is een effectief recept tegen godsdienstige opwinding. Elke christelijke godsdienstige beweging die zich heeft laten ombouwen tot staatskerk, is verkommerd, opgedroogd en leeggelopen. Zoals zo vaak lijkt het alsof de staat de oplossing is, doordat de staat onbeperkte middelen en mogelijkheden lijkt te hebben. De staat kan de armenzorg overnemen! De salarissen van de dominees gaan betalen! Alle kerkelijke geldproblemen opgelost! In de praktijk blijkt de staat niet de oplossing maar het probleem te zijn, omdat de vertegenwoordigers van de staat onderworpen zijn aan de wetten der natuur. Eén van die wetten luidt dat mensen het liefst zo weinig mogelijk moeite willen doen om hun eigen belangen te verwezenlijken. Die eigen belangen vallen soms geheel maar meestal slechts gedeeltelijk samen met die van anderen, zoals de staat of de kerk.
Een godsdienstige beweging verkommert wanneer hij binnen een staatskerk wordt ondergebracht, al kan het een paar eeuwen duren voordat het zo ver is. Een onderzoeker op dit gebied vertelt een mooi verhaal over hoe hij in de hoofdstad van een Scandinavisch land dat een staatskerk kent, de hoofdkerk op een zondagochtend zo goed als leeg aantreft, terwijl het kerkgenootschap zoals de onderzoeker uit zijn werkbezoek inmiddels al te goed weet honderden professionals in dienst heeft die zich met allerlei goede werken bezig houden. Hij vraagt de aartsbisschop, of wie er daar ook de baas was, naar de reden waarom niet in ieder geval die professionals in de kerk aanwezig zijn. De kerkvorst antwoordt, minzaam en glimlachend, dat al die mensen het door de week toch al zo druk hebben. Ten gevolge van staatsbemoeienis is het religieuze hart van de godsdienstige beweging verdwenen. Alleen nog de bureaucratie van, in dit geval: de liefdadigheid, is overgebleven.
Kan de islam op dezelfde manier getemd worden? Zelfs als dat mogelijk zou zijn, hebben we geen eeuwen de tijd om zon proces zijn werk te laten doen. Bovendien kan het tegenover de Nederlandse belastingbetaler niet verdedigd worden dat deze moet dokken in de hoop dat misschien de islam een beetje bijtrekt en vrijwillig afziet van jihad.
In wat wij de islamitische wereld noemen, was tot voor kort de controle van de overheden op de beroepsmoslims nagenoeg totaal. Probleem is dat de islam geen kerkorganisatie kent, zodat het moeilijk te bepalen is wie er namens de islam spreekt. Wanneer er maar één beroepsmoslim de jihad herontdekt of opnieuw onder ieders aandacht komt brengen, kunnen alle investeringen in het rustig houden van de staatsberoepsmoslims vergeefs zijn geweest.