De Grote NS Wintersurvival Guide
Er zijn weinig bedrijven die zo hartstochtelijk falen en daar zo weinig om geven als de NS. Om de simpele reden dat mensen toch wel in de trein stappen, de leiding altijd ProRail de schuld kan geven en als het echt gortig uit de hand loopt, dan knal je er gewoon een welgemeend sorry uit. Als in: "Hahaha, weet je nog die keer dat jullie uren stonden te blauwbekken in die depressieve buttbunker die we Utrecht CS noemen? En dat we toen niet konden vertellen hoe lang het allemaal duurde en zo? Ja, sorry nog, he. Gelukkig kunnen we er nu om lachen. Toch?" Nou nee, niet echt (PDF-alert). Zo'n treintjesdirecteur Bert Meerstadt die gewoon keihard durft te beweren dat het winterplan werkt, die bewijst daarmee totaal geen feeling, interesse of kennis te hebben van wat zich afspeelt op de werkvloer. Laat de conducteurs en conductrices maar de klappen vangen, de scheldpartijen aanhoren en het geouwekanker op het veevervoerdersbedrijf verwerken, daar kun je toch geen bonussen mee scoren. Winters treinverkeer kan wel, de NS weigert gewoon. Wij zijn er klaar mee. We kunnen niet langer aanzien hoe de NS elke dag weer de endeldarm van duizenden forenzen uit elkaar scheurt met de geel-blauwe sybian. Iemand moet ingrijpen, laten wij dat dan maar zijn. GeenStijl presenteert: de Grote NS Wintersurvival Guide. Must read voor elke treinreiziger die niet klinisch hersendood wil aankomen op de plek van bestemming.
Les 1: Focus
Maak je geen illusie. Een trein, het spoorboekje en de stations zijn niet ontworpen om jou zo behaaglijk mogelijk van plek A naar plek B te krijgen. Het is een jungle op het spoor. De reiziger die de focus verliest, is hopeloos verloren. Stel je in op vertragingen, tegenwerkingen, hinderlijke medeforenzen en op die zeldzame maar oh zo gevaarlijke NS-trajectonderzoeksmedewerkers. Wie niet met de mentaliteit van een afgetrainde commando in een trein stapt, kan verrast worden onderweg. Nooit achteloos gebruik maken van de NS. En nooit vergeten: de meest voorkomende manier waarop mensen uit een trein komen, is in een dwangbuis.
Les 2: Kleding
Cargopants, stevige schoenen, dikke jas, handschoenen en warme muts zijn vereist. Niet alleen voor het wachten op de perrons, maar ook voor die hypermoderne treinen waarbij constant de klimaatbeheersing er mee kapt. Bovendien zul je altijd zien dat jij net naast de deur zit die weigert dicht te gaan en herstart moet worden. Ja, de NS heeft treinen met zulke vernuftige technologie, dat individuele deuren soms herstart dienen te worden.
Les 3: Materiaal en proviand
Alleen een naïeveling stapt met een halfopgeladen telefoon een trein in. Volledig chargen en het liefst een reservebatterij mee. Verder minimaal een liter water, meergranen liga's en zoveel mogelijk leesvoer. Zorg dat je genoeg hebt om eventueel de nacht door te komen. Een fotoalbum van je naasten is ook een pre, voor als je ze na enkele dagen begint te missen. Pen en papier zijn onmisbaar. Tegen verveling. En voor als je er geen heil meer in ziet. Er zijn meer afscheidsbrieven in NS-materieel geschreven dan in de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog.
Les 4: Hou personeel altijd te vriend
Val nooit en te nimmer NS-personeel aan. Wat er onderweg ook gebeurt, het trein- en perronpersoneel is je beste vriend. Als het nodig is om vrienden te blijven, pas orale seks toe. Ze moeten hoe dan ook aan jouw kant staan. Niet alleen omdat zij de problemen niet kunnen helpen, maar ook omdat zij het monopolie hebben op informatie. En als er chaos ontstaat, is informatie cruciaal om ergens te komen. Dus onthoud: pijp je de conducteur, dan kom je sneller van deur naar deur.
Les 5: Ken je plek
Je wilt zitten. Niks te 'ja maar', geloof ons, je wilt zitten. Omdat mensen schapen zijn, stapt 83,4% van de mensen in bij dezelfde deur. Neem de andere deur. Weet ook waar je in de trein moet zijn voor de vrije stoel. En wat de beste zitplek is om eventuele overstapttijd te reduceren. Soms kan een stoel dichter bij de juiste deur het verschil zijn tussen het wel of niet halen van de volgende trein. Kennis is macht.
Les 6: Pis waar en wanneer je kan
In veel treinen zit geen toilet. Of die toileten zitten vastgevroren. WC's kosten namelijk geld. Leeg de blaas dus thuis, op werk of, als het niet anders kan, op het station. Neem voor geval van nood een lege fles, plastic tas of thermoskan mee. Consumententesten van GeenStijl-redacteuren hebben uitgewezen dat de prullenbakken ook waterdicht zijn. Kan het niet anders, geneer je dan niet om het gangpad of tussencompartiment vol te ericlucassen. Hou geen rekening met normen, waarden, etiquette en forenzenfeedback als het hier om gaat. Dat doet de NS immers ook niet.
Les 7: Hoffelijkheid is voor kneuzen
Vriendelijke mensen komen niet ver. Letterlijk. Geef dus nooit je plek aan een ander. Ook niet aan dat lieve omaatje met dat éne been. Zitplaats is rustplaats is vitaal voor gezond aankomen. De wetten van de jungle. Help niemand. Wees ook niet te beroerd om jezelf de trein in dan wel uit te slaan, ellebogen en bodychecken. Wie hoekt, die tjoekt. Mensen die afwachten, halen hun aansluitende trein niet. Gestrande reizigers waren niet agressief genoeg, zo simpel is het, net als mensen die staan. Hierrr, allemaal hele vriendelijke mensen.
Les 8: Alternatieve routes
Mensen die puur en alleen vertrouwen op het uitgeprinte 9292ov-advies, zijn de sjaak. Vijf minuten vertraging hier en een uitvallende trein daar en je bent de klos. Zorg dat je het spoorwegennet uit je hoofd kent. Zodat je minimaal drie verschillende routes kent om op plaats van bestemming aan te komen. En pin genoeg geld om hetzelfde traject per taxi te volbrengen.
Les 9: Forenzenfittie
Willen mensen ergens heen waar jij niet heen hoeft? Prima, help ze waar mogelijk. Willen mensen dezelfde kant op als jij? Geef nooit en te nimmer informatie weg. Sterker nog, breng ze op een dwaalspoor. Hoe minder mensen gebruik maken van dezelfde trein(en), hoe rustiger en dus hoe beter. Hoe meer medereizigers je elimineert, hoe groter de kans dat jij heelhuids aankomt. Parasiteer, maar laat je nooit parasiteren.
Les 10: Ken geen schaamte
Schaam je nergens voor. Pis in die prullenbakken, duw bejaarden aan de kant, lieg tegen medereizigers, ren voor je trein, negeer het gescheld van anderen. Je hebt maar één doel: zo snel mogelijk en zo gezond mogelijk aankomen. Schaamte is daarbij altijd een slechte raadgever. Bovendien, je kiest er voor om met de NS te reizen. Wat is er dan nog over om je voor te schamen?